ࡱ > \ p None B a = c @ = Z ?N*8 X" 1 Arial1 Arial1 Arial1 Arial1 Arial1 Arial1 Arial General ` `= verenigingen 3 Plaats Provincie Naam Opmerkingen over naam Alternatieve namen Doelstelling Begindatum Soort begindatum Koninklijk Besluit Einddatum Soort einddatum Werkingsgebied Parochie Activiteit Leden Richtgroep Levensbeschouwing Relaties Oprichters Bestuursleden Beschermheren -of vrouwen Verantwoording gegevens# Gevraagde inlichting niet ontvangen Staatscourant Archief Eigen gebouw (adres) Vergaderplaats Literatuur over de vereniging Publicaties van de vereniging Goossens van Eyndhove nr. Opmerkingen Naam vereniging Naam archiefbewaarplaats Naam collectie Beheersnummer Toegang Openbaarheid Omvang Statuten Reglementen Ledenlijsten Notulen Jaarverslagen Audio-visuele elementen Correspondentie Financiële stukken Overige stukken Opmerkingen algemeen Amsterdam Noord-Holland9 Amsterdamsche Vereeniging tot bestrijding der ProstitutieB
Met alle beschikbare middelen de Prostitutie te bestrijden.
1880 oprichting$ 29 oktober 1880 nr. 24; 3 maart 1893 1931 laatste vermelding Lokaal1. de hulpverleening aan en redding van ongehuwde moeders, in de eerste plaats van die, welke voor de eerste maal moeder worden;
2. opname van kinderen, wier moeder bij of kort na de geboorte is overleden; onverschillig tot welke gezindte dezen behooren.
Hiertoe werd op 28 juli 1882 de inrichting Beth-Paleth (plaats der beschutting) in gebruik genomen.
# Prostituees//Verwaarloosde kinderen protestants Werkt samen met;dochtervereniging "Beth Palet", althans voor 'wat de maatschappelijke zijde van het prostitutievraagstuk betreft'.Beth Palet Vereeniging tot redding van gevallenen. Eigen uitgave van de vereniging (Amsterdam z.j., na 1931)
L. Heldring, 'Verslag van de vijfde algemeene vergadering voor Inwendige Zending te Amsterdam' in: Bouwsteenen. Tijdschrift voor de Inwendige Zending 1e jrg. (1882) 242, 323-324 en 338.
27 januari 1881
326L Bijzondere Raad Amsterdam van de Vereeniging van den H. Vincentius van PauloArtikel 2. der Algemeene bepalingen luidt:
Geen liefdewerk moet geacht worden vreemd te zijn aan de Vereeniging, ofschoon zij meer bepaaldelijk ten doel heeft het bezoeken van arme gezinnen. De leden der Vereeniging maken zich dus de gelegenheid ten nutte, om vertroostingen te bieden aan de zieken en gevangenen, om onderwijs te bezorgen aan arme, verlatene of gevangene kinderen en godsdienstige hulp te verschaffen aan hen, wien het daaraan in doodsgevaar ontbreekt.
Uit het reglement van de Vincentiusvereniging:
Art. 1. De bijzondere Raad eener stad is samengesteld uit een President, een Vice-President, een Secretaris, een Penningmeester en al de Presidenten en Vice-Presidenten der Conferentiën van de stad, en de Presidenten en Vice-Presidenten der bijzondere liefdewerken, die alle conferentien aangaan.
Art. 28. De bijzondere Raad houdt zich bezig met de gewigtige liefdewerken en maatregelen, waarin al de Conferentiën der stad belang hebben.
Art. 29. Hij bepaalt de aanwending der fondsen van de gemeenschappelijke kas. Deze kas wordt gestijfd door de buitengewone van elders ontvangen giften, door de inzamelingen op de algemeene vergaderingen van de stad gedaan en de offers, welke de Presidenten, namens hunne Conferentie, op elke zitting aanbrengen.
Zij strekt ter voorziening in de kosten der liefdewerken voor de geheele stad en tot ondersteuning der onvermogendste Conferentiën.
Het liefdewerk van het huisbezoek der armen zelf behoorde tot de taak van de samenstellende conferenties.
1848/11/15 1979%De Bijzondere Raad van Amsterdam legde zich toe op de volgende liefdewerken:
St.Vincentiusscholen. Aanvankelijk waren deze uitsluitend bestemd voor behoeftige kinderen (Vergnes, 77-78); later kwamen er op aandrang van goed katholieke burgers ook Vincentius 'burgerscholen'.
Het liefdewerk "De Spijskokerij", primair gericht op 'de bezochte gezinnen' en andere armen, die in de winter gratis tweemaal per week een warmen maaltijd kunnen krijgen (t.a.p., 67-68). 'Door drie spijskokerijen wordt voorzien in de behoefte aan warme, voedzame spijs, die door middel van bons, aan de behoeftigen wordt verstrekt. Deze bons worden voor de meergegoeden verkrijgbaar gesteld, die ze dan kunnen geven aan wie zij goedvinden. Iedere portie gekookte spijs houdt één liter.' (Blankenberg)
Het liefdewerk "De Bibliotheek". (Vergnes, 68-70)
Het liefdewerk der verlaten en verwaarloosde kinderen, die al dan niet met de tuchtrechter in aanraking zijn geweest. (t.a.p., 73-77)
Kindervoeding. (Blankenberg)
Het huisbezoek der armen zelf behoorde tot de taak van de deelnemende conferenties, die door de Bijzondere Raad zo nodig hierbij financieel gesteund werden.
Mannena Armen algemeen//Rooms-Katholieken (plaatselijk)//Verwaarloosde kinderen//Werklozen//Wezen//Zieken rooms-katholiek Afdeling van;Afdeling Amsterdam van de nationale Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo, bestuurd door de Hoofdraad te Den Haag als 'vereenigingspunt' van alle Nederlandse Bijzondere Raden en conferenties.//Heeft als deelnemer;de conferenties van de H. Nicolaas (1848), de H. Anthonius van Padua (1852), de H. Willibrordes (binnen)(1847), de H. Catherina (1849), van Onze Lieve Vrouw Onbevlekt Ontvangen (1848), de H. Dominicus (1852), de H. Ignatius (1857), de H. Augustinus (1857), de HH. Petrus en Paulus (1857), de Conferentie van de HH. Nicolaas en Barbara en het Allerheiligst Hart van Jezus (1871), van de H. Willibrordes (buiten) (1878), de H. Bonefacius (1882), de H. Maria Magdalena (1888) en de H. Franciscus Xaverius (1896).president: mr. J.J.W. van den Biesen in 1894 en mr. W.P.A. Hellegers in 1899 en 1903;
vice-president: mr. W.J.M. Koch in 1894, A.H.M.C. Lindner in 1899 en 1903;
secretarissen: mr. W.P.A. Hellegers en P.G.M. Reinhart in 1894, mr. W.J.M. Koch, P.G.M. Reinhart en W.A. Schade van Westerum in 1899 en 1903;
penningmeesters: W.J. Dankelman in 1894, en J. Woltman Elpers, S.J.J.M. Steinbacher en J.G.F. Stoffels in 1899 en 1903.;
Overige raadsleden: 17 namen in 1894, o.a. mr. F.Th. Westerwoudt en mr. J.A.N. Travaglino; 31 namen in 1899 en 37 in 1903.
Algemeen:
Ph. Falkenburg, Armenzorg in Nederland deel I: Gemeente Amsterdam (Amsterdam 1893) 216-226. (In opdracht van de Vereeniging voor de staatshuishoudkunde en de statistiek bewerkt door Ph.F.)
J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1<