Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Genootschap "Liefdadigheid Naar Vermogen"

Naam Genootschap "Liefdadigheid Naar Vermogen"
Plaats Amsterdam
Provincie Noord-Holland
Begindatum 1871 (eerste vermelding)
Einddatum 1974 (laatste vermelding)
Levensbeschouwing neutraal
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Armen algemeen
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
Mannen en vrouwen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

voorkoming, bestrijding en leniging der armoede in de gemeente Amsterdam (Goossens)

 

Activiteit

De vereniging tracht haar doel te bereiken:

1. door werkverschaffing. Onderzoek naar behoeftigen en aanbeveling bij werkgevers.

2. geldelijke hulp, bestaande uit a. rentelooze voorschotten  (...), b. losse giften, aan hen die tijdelijk en onmiddellijk hulp behoeven (...) en c. ondersteuning tot een bepaald bedrag en zonder vastgestelde duur aan bejaarden, zieken, gebrekkigen en aan allen die om bijzonderen redenen niet in hun onderhoud kunnen voorzien.

3. door het onderwijs te bevorderen van kinderen uit behoeftige gezinnen.

4. door het steunen van instellingen ter voorkoming van armoede en samenwerking te bevorderen tusschen burgerlijke, kerkelijke en bijzondere instellingen van liefdadigheid.

5. door tusschenkomst aan te bieden aan hen, die bij buitengewone rampen of strenge koude giften aan behoeftigen of ongelukkigen willen schenken.

6. door bedelarij en misleiding tegen te gaan.

7. door de particuliere liefdadigheid te leiden.

Aangesloten bij

de Vereeniging van armbesturen te Amsterdam, opgericht in 1898.

Oprichters

Het initiatief kwam van 'een klein groepje zéér jeugdige Amsterdammers: Louis [(J.F.L.)] Blankenberg, samen met zijn zuster en broer en een paar vrienden'. (Biemond-Kam). Hij verwierf bovendien de steun 'van de notabele liberale Amsterdammers zoals de bankier A.C. Wertheim en burgemeester Mr. G. van Tienhoven'. (Broekman)

Bestuursleden

In 1896 hadden de wijnhandelaar H.B. Lefebure, mr. Lod. S. Boas en de koopman J.H.A.A. Kalf zitting in het bestuur.' (Broekman, 20)

In 1904 stond het bestuur met de leden A. van Eik, penningmeester, en voorts F.C.P. Boterhoven de Haan, R. Stork, W.F.C. Momma, Lod. S. Boas en Th I.B. Hilterman nog altijd voorzitterschap van Blankenberg. (Biemond)

Koninklijk Besluit 13 maart 1874 nr. 21; 11 juli 1876 nr. 42; 11 mei 1883 nr. 50; 8 juni 1886 nr. 10; 9 april 1889 nr. 87 en 30 januari 1892; 1899
Staatscourant

21 mei 1874; 10 september 1876; 4 juli 1883; 27 juni 1886 en 29 juni 1889.

Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
225
Verantwoording gegevens

Algemeen:

H. Smissaert, Overzicht van het Nederlandsche armwezen (Haarlem 1901), 104-119.

Ph. Falkenburg, Armenzorg in Nederland deel I Gemeente Amsterdam (Amsterdam 1893), 233-251 (In opdracht van de Vereeniging voor de staatshuishoudkunde en de statistiek bewerkt door Ph. F.)

Falkenburg gebruikte als bronnen: de verenigingsstatuten van november 1991 en de jaarverslagen over 1886-1891.

J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1899) 385;

H.J. Dompièrre de Chaufepié, H. Smissaert en J.F.L. Blankenberg (reds.), Tijdschrift voor Armenzorg, 2ste jng. (1901) 60, 61.

Mirjam Broekman, Vrouwen en het beschavingsoffensief te Amsterdam (scriptie uva, 2008) 40-45, 47.

M.J. Biemond-Kam, 'Liefdadigheid naar Vermogen. 1871. Zorg en Bijstand, 1971' in: Ons Amsterdam 23e jng. (1971) 269-271.

Opmerkingen

leden:

Officieel konden mannen én vrouwen lid worden, in de praktijk waren tot de jaren '90 van de 19e eeuw, alleen mannen actief in het bestuur en namen zij ook het huisbezoek grotendeels voor hun rekening. (Broekman, 20)

'Sinds 1880 werden ook dames als bezoeksters ingeschakeld. Er werd een boekje "Wenken en raadgevingen" uitgegeven en daarmee moesten de amateurs [bezoeksters] het maar doen.' (Biemond-Kam)

 

Smissaert is groot voorstander van de werkwijze van Liefdadigheid naar Vermogen, dat grote overeenkomst vertoont met het zogenaamde 'Elberfelder stelsel', waarin de armbezoeker zelf besliste over de aard en omvang van de hulp. Volgens Biemond-Kam werd dit pas in 1892 ingevoerd.

ad activiteiten:

'In het eerste jaar waren de totale inkomsten groot f. 97,68 en van dit bedrag werd ondersteuning uitgekeerd, niet alleen te Amsterdam, maar zelfs ook daarbuiten. Zo ging f. 12,50 naar zes wezen in Noordwijkerhout, f. 5,50 naar twee behoeftige weduwen, f. 7,50 naar een arme vrouw die in de krant om steun had gevraagd, maar waarvan men verder niets afwist en f. 15,00 aan de door tyfus geteisterde gemeente Egmond aan Zee.' (Biemond)

Uit het ter '30ste Jaarlijksche Vergadering' uitgebrachte jaarverslag vermeldt het Tijdschrift voor armenzorg in zijn rubriek Binnenland o.m.: 'Uit het daar uitgebrachte verslag blijkt dat aan 387 gezinnen geregelde onderstand was verstrekt, voor de som van f. 33.068,31; tijdelijke aan 310 gezinnen voor f. 19292,12; giften aan 329 gezinnen, tot een bedrag van f. 12156,91; hulp voor rekening van particulieren aan 1049 gezinnen voor f. 31066,31 en aan 1 gezin van de vroegere suikerraffinaderij van Beuker en Hulshoff voor f. 26.. Samen dus aan 2076 gezinnen tot een bedrag van f. 95609,65. Verder werd uitgegeven aan kosten voor verpleging van kinderen en premie van brandregeling voor inboedels, f. 1448,67, aan onkosten f. 12 524,31½; in totaal allen samen f. 109 582,63½. In kas bleef een bedrag van f. 55368,40. Verder had het Genootschap 701 gezinnen in behandeling die een renteloos voorschot hadden ontvangen, 72 gezinnen voor werk, zoodat samen een aantal van 2840 gezinnen werden bijgestaan in een of andere vorm. (...)' (Tijdschrift, 2e jng., 60-61).

 

Archief

Het archief van de Stichting Zorg en Bijstand, voorheen Genootschap Liefdadigheid naar Vermogen bevindt zich in het Stadsarchief Amsterdam onder toegangsnummer 509.

periode archief: 1870-1974. De inventaris is (nog) niet via het internet te raadplegen.



Literatuur


Toon literatuur over de vereniging

Literatuur over de vereniging


Verberg literatuur over de vereniging
  • Waal, H. J. F. de, 'Armenverzorging en het Genootschap "Liefdadigheid Naar Vermogen" te Amsterdam', in: De economist: tijdschrift voor alle standen, tot bevordering van volkswelvaart, door verspreiding van eenvoudige beginselen van staatshuishoudkunde (Dordrecht 1879, vol. 28,1) 61-.
  • Biemond-Kam, M.J., 'Liefdadigheid naar Vermogen. 1871. Zorg en Bijstand, 1971', in: Ons Amsterdam (Amsterdam vol. 23 (1971) 267-271.
  • Sassen, A., 'Het Genootschap Liefdadigheid naar Vermogen te Amsterdam. Verslag over 1885', in: De economist: tijdschrift voor alle standen, tot bevordering van volkswelvaart, door verspreiding van eenvoudige beginselen van staatshuishoudkunde (Dordrecht 1886, vol. 35, 2) 973 -.

Toon publicaties van de vereniging

Publicaties van de vereniging


Verberg publicaties van de vereniging
  • Verslag van het Genootschap Liefdadigheid naar vermogen (Amsterdam 1873 -).
  • Brieven van Genootschap: Liefdadigheid naar Vermogen aan Nicolaas Beets (Amsterdam 1893).