Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie, afdeling Haarlem

Naam Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie, afdeling Haarlem
Plaats Haarlem
Provincie Noord-Holland
Begindatum januari 1890 (oprichting)
Einddatum 1891 (laatste vermelding)
Levensbeschouwing protestants
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Prostituees
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
Mannen en vrouwen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

de prostitutie te bestrijden, vooral als gewettigde of getolereerde instelling (Goossens)

Activiteit

Op lokaal niveau ' "(...) nauwlettend op alles acht te geven, wat de publieke eerbaarheid beleedigt of de prostitutie in de hand kan werken en dat te bestrijden, gelden voor dat doel te verzamelen, gevallenen te redden en te beschermen en de beginselen der Vereeniging bekend te maken door het houden van openbare en bijzondere bijeenkomsten." Getuigen en redden dus op lokaal niveau, daar kwam het modellidmaatschap op neer.' (Bossenbroek)

Afdeling van

Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie, opgericht in 1879 en gevestigd te Utrecht.

Bestuursleden

bestuursleden in 1891:

D. de Clercq, H. Stap en J. ten Boom

Verantwoording gegevens

De algemene gegevens zijn ontleend aan data m.b.t. de landelijke vereniging; gegevens voor de afdeling Haarlem aan 

Jaarboekje voor de Stad Haarlem 1891 1e jng. (Haarlem 1891) 168. In het Jaarboekje voor 1904 wordt de vereniging niet (meer) vermeld.

 

 

Opmerkingen

ad richtgroep:

prostituees, vooral ook preventief

ad leden:

vrouwen konden lid worden en zich in afzonderlijke lokale comités aan reddingswerk wijden, maar ze waren alleen in theorie welkom op de algemene ledenvergadering; vrouwen moesten bij voorkeur het publieke debat mijden en zich tot 'de eigen kring' beperken. 'Zo mochten ze niet in het hoofdbestuur, omdat dit de NVP zou kunnen verzwakken. Tegenstanders konden de argumenten dan licht afdoen als 'vrouwenpraatjes'.

Leden waren zij die de besluiten van het in 1877 te Genève gehouden eerste congres van de Federation Brittanique, continentale et générale pour l'abolition de la prostitution, spécialement envisagée comme institution légale et tolérée, later kortweg de Féderation abolitionniste internationale genoemd, onderschreven en contributie betaalden van minimaal 25 cent per jaar, 'met opzet zo laag gesteld "om het ledental in alle standen zooveel mogelijk uit te breiden" '