Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Vereeniging Inrigting voor Doofstommen-onderwijs te Rotterdam

Naam Vereeniging Inrigting voor Doofstommen-onderwijs te Rotterdam
Plaats Rotterdam
Provincie Zuid-Holland
Begindatum 31 januari 1853 (oprichting)
Einddatum 1956 (laatste vermelding)
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Gehandicapten, Jeugd 6-12, Jeugd 12-21
Werkingsgebied Landelijk
Doelstelling

instandhouding der school waarin aan doofstomme kinderen wordt onderwijs gegeven naar de Duitsche of Ammansche methode (Goossens)

Activiteit

Het financieren van de oprichting en instandhouding van een school, waarin 'in principe (...) alleen doof geboren of geworden en slechthorende kinderen [werden] opgenomen die niet of slecht konden spreken, ook wel z.g. hoorstommen. Andere leerlingen, zoals idioten en blinden, werden niet toegelaten'. (inleiding inv.)

De inrichting stond open voor arm en rijk; kinderen van behoeftige ouders konden vermindering of vrijstelling van leer- of verpleeggeld krijgen en andere faciliteiten zoals kosteloze verstrekking van medicijnen, geneeskundig onderzoek en behandeling e.d.

Heeft als afdeling(en)

'In een aantal grote steden in Nederland, en ook daarbuiten, waren correspondenten van de vereniging gevestigd.' (inv.)

Voorts o.m. een afdeling te Dordrecht en te Middelburg.

Oprichters

Het initiatief tot en de voorbereiding van de stichting van de inrichting mag worden toegeschreven aan Dr. A. Symons, een Rotterdamse oorarts; leden van het geneeskundig genootschap "Disce docendus adhuc" waren zo enthousiast na een lezing van hem over een de nieuwe leermethode van de Duitser David Hirsch, dat men besloot hiervoor een nieuwe school op te richten.

Beschermheren -of vrouwen

'Burgemeester, J.F. Hoffmann, nam [in 1853] het beschermheerschap op zich.' (inleiding inv.)

Bestuursleden

Het eerste bestuur was als volgt samengesteld: Dr. J.B. Molewater, voorzitter, P. van der Dussen van Beeftingh en A. Symons resp. de eerste penningmeester en secretaris. Enkele andere personen namen zitting als bestuurslid en David Hirsch werd tot hoofdonderwijzer benoemd.' (inleiding inv.)

 

Eere-voorzitter: R. Mees in 1893, 1894, 1900, W.A. Viruly Verbrugge in 1902;

Voorzitter: R. Mees in 1880, 1883, W.A. Viruly Verbrugge in 1893, 1894, P.C. van Vollenhoven in 1900, 1902;

Vice-voorzitter: W.A. Viruly Verbrugge in 1880, 1883, mr. J.A. Vaillant in 1893, 1894 mr. W.A. Mees in 1900, 1902;

Penningmeester: A. Milders in 1880, 1883, 1893, 1894, 1900, B. van Stolk in 1902;

Directeur(-onderwijzer): D.Hirsch in 1880, 1883, Ic. Bikkers in 1893, 1894;

Secretaris: A. Symons in 1880, 1883, niet vermeld in 1893, Ic. Bikkers in 1894;

Overige bestuursleden:

in 1880: dr. H.J. Sleurs, mr. J.A. Vaillant, R.H. Nierstrasz, dr. C.C. Ooms, dr. M.G. Timmers Verhoeven, dr. K.A. Rombach te ’s-Gravenhage;

in 1900: W.A. Viruly Verbrugge, dr. C.C. Ooms, J.W.K. Engels, B. van Stolk, dr. H. van Anrooij, mr. L.C. Driebeek, dr. J.W. v.d. Hoeven jr., L. Sanson, Ic. Bikkers;

in 1902: dr. C.C. Ooms, dr. H. van Anrooy, mr. L.C. Driebeek, dr. J. v.d. Hoeven jr., L. Sanson, R. Milders, Ic. Bikkers.

Eigen gebouw (adres)

De school aan de Hoogstraat 10/92 (later vernummerd in 201). Op 1 april 1859 werd de school verplaatst naar 'een huis met stal en erf gekocht aan de Coolsingel 15/563-564.'

In 1862 kon men 'nieuwgebouwde schoollokalen' betrekken, die 'lange tijd op dezelfde plaats zijn gebleven [nl.] tussen Coolsingel, Diergaardesingel, Ammanstraat en Kruiskade, ongeveer op de plaats van het huidige Hilton-hotel'. (inv.)

Koninklijk Besluit 20 april 1859 nr. 23; 30 oktober 1893
Staatscourant

03-05-1859, 31-01-1877, 20-01-1886, 09-02-1889

Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
2546
Verantwoording gegevens

gegevens ontleend aan de (inleiding van de) inventaris van het verenigingsarchief; de laatste vermelding aan de archiefperiode.

J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1899) 841, 842.

H.J. Dompièrre de Chaufepié, H. Smissaert en J.F.L. Blankenberg (reds.), Tijdschrift voor Armenzorg, 2e jrg. (1901) 55.

ad correspondenten:

Jaarboekje voor de stad en het kanton Schiedam over de jaren 1857, 1860, 1865, 1870, 1875, 1880, 1885, 1890 en 1895.

Jaarboekje voor de Stad Haarlem 1891 1e jng. (Haarlem 1891)79.

ad afdelingen:

Adresboek van Dordrecht 1879.

Zeeuwsch jaarboekje en Middelburgsche naamwijzer 1858, 1875 en 1880.

oprichters en bestuursleden:

(Hof-,) Rijks- en residentiealmanak voor het Koninkrijk der Nederlanden, 1880, 1883, 1893, 1894, 1900, 1902.

Opmerkingen

inkomsten:

'De inrigting geniet thans subsidiën: 1. van het Rijk f 4000,-, 2. van de provincie Zuidholland f 3500,-, 3. van de gemeente Rotterdam f 3500,-, 4. van de provincie Zeeland voor ieder behoeftig kind, dat uit die provincie kosteloos onderwijs en de verplegingskosten geniet, f 50 in het jaar'. (Haagse almanakken van 1880 en 1883)

'De inkomsten van de vereniging bestonden uit contributies van leden, begunstigers en belangstellenden, leer- en verpleeggelden, subsidies van gemeente, provincie, rijk en andere verenigingen, giften, legaten en erfstellingen en rente van eigen kapitaal. In tijden van nood hebben ook bestuurs- en gewone leden en de weinig in de publiciteit tredende Stichting Bevordering van Volkskracht middelen gefourneerd'. (inleiding inv.)

ad begindatum:

De stichtingsdag wordt gevierd op 23 mei, ter herdenking van de opening van de school op de Hoogstraat in 1853. (t.a.p.)

ad activiteit:

'Het aantal leerlingen bedraagt in de laatste jaren gemiddeld 150. In den loop van dit schooljaar werden er 153 onderwezen en wel 92 jongens en 61 meisjes'. (...) Kosteloos onderwijs genoten 122 kinderen.' (...) (Tijdschrift 1901)

ad correspondenten:

Dit was b.v. het geval te Schiedam, waar mede-directeur dr. A. Maas het correspondentschap voerde, later (in elk geval na 1870) opgevolgd door dr. C.J. Vaillant die dat in 1895 nog altijd deed.

'Correspondenten der Inrichting voor Doofstommen te Rotterdam' in Haarlem: L.E. Gerdessen, dr. S. Posthuma en N. Weill en M.J. Mees.

Archief

Het archief van de Vereeniging Inrigting voor Doofstommen-onderwijs te Rotterdam 1852-1956 wordt onder toegangsnummer 229.01 bewaard in het Gemeentearchief Rotterdam.

Toon archiefinfo
Verberg archiefinfo

Naam archiefbewaarplaats Gemeentearchief Rotterdam
Naam collectie Archief van de Vereniging Inrichting voor Doofstommen-Onderwijs 1852-1956
Beheersnummer 229.01
Toegang inventaris
Omvang ruim 6 m.
Statuten ja

Stukken betreffende oprichting van de vereniging, 1852-1853, 1889, 1892;

Stukken betreffende koninklijke goedkeuring van de vereniging en de statuten hiervan, 1858, 1859, 1876, 1885, 1888, 1893, 1903, 1913, 1920;

Statuten en reglementen.

Reglementen ja

Stukken betreffende reorganisatie bij een directiewisseling, 1887-1888;

Brochures voor het werven van contribuanten, 1854, 1858, 1866, 1896, 1903;

Instructies voor de correspondenten (2e helft 19e eeuw), 1906.

Notulen ja

Notulen en agenda's;

Notulen van vergaderingen van de bouwcommissie uit het bestuur, 1889-1890.

Jaarverslagen ja

Jaarverslagen.

Correspondentie ja

Ingekomen en minuten van uitgaande brieven betreffende leerlingen, 1859, 1907, etc.;

Correspondentie en agenda's;

Ingekomen en minuten van uitgaande stukken betreffende verwerving, beheer en vervreemding van onroerende goederen, 1853-1954, met hiaten.

Financiƫle stukken ja

Begrotingen, kladden en concepten, 1861-1946, met grote hiaten;

Rekeningen en verantwoording, 1853-1940;

Grootboeken, 1858-1896;

Rekeningen en verantwoording, 1853-1940;

Kasboeken van de penningmeester, 1853-1893;

Testamenten, authentieke uittreksels en afschriften, met bijlagen, 1860-1935, 1944;

Ingekomen en minuten van uitgaande stukken van resp. aan notarissen betreffende de afwikkeling van legaten, 1893-1938, met hiaten;

Register van legaten onder vruchtgebruik (ca. 1885-1901), met aantekeningen tot 1908;
Missive ontvangen van de minister van justitie met mededeling dat de vereniging geen machtiging behoeft voor het aanvaarden van legaten, 1874, met twee eenvoudige afschriften;

Registers van verworven effecten, 1894-1931, met aantekeningen betreffende uitloting, aflossing en vervreemding.

Overige stukken ja

Register met beschrijving van de geschiedenis van de vereniging, met statuten en reglementen (begin 20e eeuw);

Schoolverslagen, 1853-1855, 1864-1913 etc.;

Notulen van onderwijzersvergaderingen, 1856-1920;

Brief ingekomen van de Nederlandsche Rijnspoorweg Maatschappij betreffende vrij vervoer voor leerlingen, 1858, en idem met de voorwaarden hiervoor, 1887;

Ingekomen missive van burgemeester en wethouders betreffende bezoek van de commissaris van de koning, 1854;
Gedenkboekjes van het 25-, 50- en 75-jarig bestaan, 1878, 1903, 1928;

Stukken betreffende de viering van het 50-jarig bestaan, 1902, 1904;

Stukken betreffende de viering van het 75-jarig bestaan, 1928, 1 omslag;

Stukken betreffende de voorbereiding van de viering van het 100-jarig bestaan, 1952.