Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Gebroederschap "Gemiluth Hassadim"

Naam Gebroederschap "Gemiluth Hassadim"
Opmerkingen over naam De spelling van de namen van joodse verenigingen is zeer gevarieerd; Hillesum b.v. spelt de naam van deze gebroederschap als volgt: 'Gemiloet Chassadiem'
Plaats Amsterdam
Provincie Noord-Holland
Begindatum 1639 (oprichting)
Einddatum 1902 (laatste vermelding)
Levensbeschouwing joods
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Joden
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

'De gebroederschap heeft ten doel:

1. het dragen der lijken, van het sterfhuis tot aan den wagen of de schuit, welke het lijk naar de begraafplaats te Ouderkerk moet vervoeren;

2 telken Sabbath, na het middaggebed, in de synagoge eene godsdienstoefening te houden, in genoemd lolaal.' (Calisch)

'Doel.

a. Het  verrichten van liefdewerken bij zieltogenden en overledenen.

b. Het houden van leeroefeningen.' (Hillesum)

Activiteit

1. het dragen der lijken, van het sterfhuis tot aan den wagen of de schuit, welke het lijk naar de begraafplaats te Ouderkerk moet vervoeren;

2 telken Sabbath, na het middaggebed, in de synagoge eene godsdienstoefening te houden, in genoemd lolaal.' (Calisch)

 

a. Het  verrichten van liefdewerken bij zieltogenden en overledenen.

b. Het houden van leeroefeningen.' (Hillesum)

Heeft als afdeling(en)

sinds 1705: de gebroederschappen Abodath-ha-Kodesj (Heilige dienst) en Misjmereth-ha-Bajith (Taak in huis) en de vereniging Hesed Weëmet (Liefde en waarheid)

Bestuursleden

In 1851: Jb. Colado Capadoce, E. Sarphati, Jb. Teixeir  d'Andrade, A.L. Salzedo, jkhr. M. Suasso da Costa.

Verantwoording gegevens

J.M. Hillesum, ‘Vereenigingen bij de Portugeesche en Spaansche joden te Amsterdam in de 17e een 18de eeuw.’ in: Eerste Jaarboek der Vereeniging Amstelodanum (Amsterdam 1902) 174.

N.S. Calisch, Liefdadigheid te Amsterdam Overzicht van al hetgeen er in Amsterdam wordt verrigt, ter bevordering van de stoffelijke, zedelijke en godsdienstige belangen, voornamelijk der minvermogenden en behoeftigen (Amsterdam 1851) 470.

Gegevens ontleend aan de inventaris van het archief van de Portugees-Israëlitische Gemeente te Amsterdam.

Opmerkingen

algemeen:

De door Calisch afzonderlijk behandelde joodse (ge)broederschappen die zich met het begraven van geloofsgenoten bezighielden en die alle in de database zijn opgenomen, onderscheidden zich volgens hem van die broederschappen die eigenlijk 'als begrafenisbussen of fondsen kunnen worden aangemerkt' en die hij dan ook buiten beschouwing laat.

ad levensbeschouwing:

Hillesums mededelingen betreffen Portugees-joodse verenigingen en slaan vooral op het functioneren daarvan in de 17de en 18de eeuw.

ad laatste vermelding:

ontleend aan het jaar van verschijnen van het Eerste Jaarboek der Vereeniging Amstelodanum

ad richtgroep:

stervenden en doden

ad relaties:

Volgens Hillesum vormden zich in 1705 'twee nieuwe afdeelingen: "Abodath-ha-Kodesj" en Misjméreth-ha-Bajit.

Dit wordt bevestigd in de inleiding van de inventaris van de Portugees Israëlitische Gemeente te Amstedam:

'In 1705 zijn verschillende onderafdelingen van Gemelut Hassadim ontstaan: Abodath-ha-Kodesj (Heilige dienst) hield zich bezig met het dragen van de lijken naar de schuit. Aanvankelijk werd de tocht naar Ouderkerk namelijk per schuit gemaakt via de Amstel. De afdeling Misjmereth-ha-Bajith (Taak in huis) had de speciale taak de lijken op de baar te plaatsen.
Behalve de twee bovengenoemde afdelingen is in 1705 de vereniging Hesed Weëmet (Liefde en waarheid) opgericht die onder toezicht van Gemelut Hassadim stond en die tot taak had het volgens Israëlitisch gebruik reinigen en kisten van de lijken.'

Calisch vermeldt daarentegen dat de gebroedeschap  'Gemiluth Hassadim' 'eene uitbreiding [heeft] erlangt door de ineensmelting er mede van de gebroederschappen Habokat hakodes (heilige dienst) en Mismiret habait (wachters der huizen). (Calisch)

inkomsten:

'De gebroederschap vindt haar bestaan deels uit legaten en deels uit de contributiën van ledematen der gemeente'. (Calisch)