Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Vereeniging tot Werkverschaffing aan Minvermogenden

Naam Vereeniging tot Werkverschaffing aan Minvermogenden
Plaats Krommenie
Provincie Noord-Holland
Begindatum 1855 (oprichting)
Einddatum 1897 (laatste vermelding)
Levensbeschouwing neutraal
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Werklozen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

werk te verschaffen aan alle ingezetenen der Gemeente Krommenie, die zich daartoe aanmelden (Goossens)

Activiteit

Het oprichten en instandhouden van een werkinrichting waar gedurende de wintermaanden door 30 tot 60 personen per dag gewerkt kan worden.

In de eerste jaren hield dit ook nog in: wegenaanleg en slotengraven. In later jaren vooral: het vervaardigen van vuurmakers, het weven van feilendoek (dweilen), spinnen van vlas, zagen van kachelblokjes, dienstbetoon aan particulieren en desgevraagd het fijnkloppen van puin voor wegenaanleg. (Methorst)

Werkt samen met

de Vereeniging tot verbetering van de armenzorg te Krommenie, opgericht in 1890.

Koninklijk Besluit 4 april 1868 nr. 67 en 22 september 1868 nr. 33; 27 maart 1897
Staatscourant

23 april 1868 en 9 november 1886

Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
2000
Verantwoording gegevens

H.W. Methorst, Werkinrichtingen voor behoeftigen (Diss. Utrecht 1895) 150-152.

Diens bronnen: 'Mededeeling van het Bestuur'.

ad Koninklijk besluit:

behalve aan Goossens ook aan het Register van de Staatscourant van 1897

Opmerkingen

Als tegenprestatie voor de arbeid werden loon en voedsel verschaft, niet zozeer afhankelijk van de prestatie maar in principe naar behoefte.

De inkomsten van de vereniging werden, behalve door de opbrengst van de producten, gevormd door contributie en giften 'van buiten': in 1893/94 was dat f. 1264.

De uitgaven in dat jaar: f. 1324 aan lonen en f. 915 aan voedsel.

Samenwerking en bekendheid met het werk van overige armzorginstellingen kwam tot stand doordat de directeur van de werkinrichting tevens secretaris was van de Vereeniging tot verbetering van armenzorg, welke stamboeken van behoeftigen bijhield, zodat iedere weldoener kon weten met wie hij van doen had. (Methorst)