Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Vereeniging tot instandhouding van het "Anna Catharina Fonds"

Naam Vereeniging tot instandhouding van het "Anna Catharina Fonds"
Plaats Amsterdam
Provincie Noord-Holland
Begindatum 1885 (eerste vermelding)
Einddatum 1956 (laatste vermelding)
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Armen algemeen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

zoowel uit de bijdragen der leden, als uit de inkomsten van de aan deze vereeniging toebehoorende bezittingen, onderstand te verleenen aan minvermogende huisgezinnen, tegemoetkoming van studiegelden, hulpbetoon aan weldadige inrichtingen of aanwending tot soortgelijke doeleinden (Goossens)

Activiteit

het geven van financiële steun aan minvermogende huisgezinnen, van een tegemoetkoming van studiegelden en het geven van steun aan weldadige inrichtingen

Koninklijk Besluit 12 juni 1885 nr. 33
Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
428
Verantwoording gegevens

Ph. Falkenburg, Armenzorg in Nederland deel I Gemeente Amsterdam (Amsterdam 1893), 306-307. (In opdracht van de Vereeniging voor de staatshuishoudkunde en de statistiek bewerkt door Ph. F.)

ad laatste vermelding:

Het "Anna Catharina Fonds" komt voor in het overzicht van in 1956 bestaande instellingen voor maatschappelijk werk (voorheen 'van weldadigheid') in Nederland, samengesteld door J. Everts/A. Treurniet in 1956. De hierin vermelde instellingen zijn tezamen met die uit de bovenvermelde Gids van Blankenberg c.s. uit 1899 door T. Kappelhof en V. Kingma verwerkt in de database: Locale Instellingen, onderdeel van het digitale onderzoeksgids 'Sociale Zekerheid'. De database is te raadplegen op de website van het Huygens Instituut voor Nederlandse geschiedenis:

www.inghist.nl/Onderzoek/Projecten/Socialezekerheid/lokale_instellingen

Opmerkingen

leden:

'het getal der leden bedraagt minstens vier. Elk lid betaalt eene contributie van minstens f. 5 of ineens eene som van f. 100. 

Falkenburg geeft staatje van het (kleine) aantal bedeelden en het bedrag der bedeling in de jaren 1886 tot en met 1890. De bedeling geschiedde geheel in geld.