Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Conferentie van de Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo

Naam Conferentie van de Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo
Opmerkingen over naam gewoonlijk de Vincentiusvereeniging genoemd
Plaats Someren
Provincie Noord-Brabant
Begindatum 2 oktober 1892 (oprichting)
Einddatum 1899 (laatste vermelding)
Levensbeschouwing rooms-katholiek
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Armen algemeen, Rooms-Katholieken (plaatselijk)
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
Mannen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

'Artikel 2. der Algemeene bepalingen luidt:

Geen liefdewerk moet geacht worden vreemd te zijn aan de Vereeniging, ofschoon zij meer bepaaldelijk ten doel heeft het bezoeken van arme gezinnen. De leden der Vereeniging maken zich dus de gelegenheid ten nutte, om vertroostingen te bieden aan de zieken en gevangenen, om onderwijs te bezorgen aan arme, verlatene of gevangene kinderen en godsdienstige hulp te verschaffen aan hen, wien het daaraan in doodsgevaar ontbreekt.'

Activiteit

1. De belangrijkste taak van de leden was het huisbezoek der armen. In aanmerking komende gezinnen werden wekelijks bezocht door twee 'broeders', steeds dezelfde per gezin zodat een vertrouwensband kon ontstaan. Materiële nood werd gelenigd door het geven van geld of hulp in natura, tegelijkertijd werd getracht door vermaningen en het beschikbaar stellen van stichtelijke lectuur de ontvangers op 'het rechte pad' te brengen of houden.

Op de wekelijkse vergadering brachten alle leden van de betreffende conferentie hun bevindingen en aanvragen ter tafel. Dit ging volgens het reglement als volgt: na het openingsgebed dat telkens door een ander lid moest worden uitgesproken 'geeft de penningmeester het bedrag der kas op en van de bij de laatste zitting gehouden inzameling, opdat ieder zijne aanvrage om ondersteuning kunne regelen naar de hulpmiddelen der conferentie [art. 19 van het reglement].

art. 20. Men deelt vervolgens de bons voor ondersteuning in natura uit. Elk lid wordt op zijn beurt door de president opgeroepen en zegt luide hoeveel hij vraagt en voor hoeveel gezinnen. Wanneer hij daartoe uitgenodigd wordt, geeft hij inlichtingen omtrent deze gezinnen.

art. 20. De onderstand moet stiptelijk bij de armen gebracht worden in het tijdsverloop van de eene zitting tot de andere. Het tijdstip (...) wordt aan de voorzichtigheid van ieder lid overgelaten. (...)

art. 25. Bij het einde der zitting en voor het gebed doet de penningmeester de inzameling, waartoe elk lid door eene aan zijne middelen geëvenredigde, maar altijd geheime, gift bijdraagt.' 

Afdeling van

de conferentie functioneerde als afdeling Someren van de nationale Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo, opgericht in 1846 en bestuurd door de Hoofdraad te Den Haag als 'vereenigingspunt' van alle Nederlandse Bijzondere Raden en conferenties.

Bestuursleden

1e afdeling: Dorp Someren

president: M. Bennenbroek in 1894 en 1899;

vice-president: H. Maas en Fr. Verberne in 1894 en 1899;

secretaris: H.Th. Verhoijsen in 1894 en 1899;

penningmeester: P.J. Maas in 1894 en 1899;

magazijnmeester: J. Philipsen in 1894, G. van den Boomen in 1899.

 

2e afdeling: 't Eind

president: J. Bennenbroek in 1894;

vice-president: G. van Houts in 1894;

secretaris: M. v.d. Heijden in 1894;

magazijnmeester: J. Philipsen in 1894.

Verantwoording gegevens

ad begindatum, laatste vermelding en bestuursleden:

Pius-Almanak voor het jaar des heeren 1894 (Alkmaar 1894) 269.

Pius-Almanak Jaarboekje voor de Katholieken van Nederland voor het jaar des Heeren 1899-1900 (Alkmaar 1899) 56.

ad doelstelling en activiteit:

R.P. Vergnes C.ss.R., Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo en hare werkzaamheden in Nederland (Den Haag 1930) 57 en 58.

Handboek der Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo (Den Haag 1847 2e dr.) 3, 13-21.

Opmerkingen

De conferentie Someren had in 1894 twee afdelingen, 'Dorp Someren' en ''t Eind'. In 1899 was er nog maar één afdeling, maar ook deze wordt niet meer vermeld in de Pius-Almanak van 1903.