Verzoek
| Onderwerp | Prijs van zout in Amsterdam |
|---|---|
| Beginjaar | 1810 |
| Toelichting | Achtergrond: Op voordracht dd. 10 mei 1810 nr. 2 van de Minister van Binnenlandse Zaken was bij Koninklijk Besluit van 18 mei 1810 nr. 16 de uitvoer van geraffineerd zout opnieuw toegestaan. |
| Beleidsterrein |
Handel
|
| Gestelde vragen | [1] Bij den aanvang van elke maand op te geven de prijzen van het geraffineerde zout, zoodanig als die alsdan binnen de hoofdstad zoude mogen zijn. [2] Alsmede eene opgave der aldaar gelijktijdig aanwezige hoeveelheid rus, of ongeraffineerd zout, verzeld met alle zoodanige inlichtingen, als UwHoogEd.Gestr. mogt oordelen ter materie betrekkelijk te zijn. |
| Bron | Minister van Binnenlandse Zaken aan de Burgemeester van Amsterdam, dd. 23 mei 1810 no. 3 |
Besluiten
| Datum | Instelling die het besluit neemt | Inhoud van het besluit | Bijlagen met dagnummer |
|---|---|---|---|
|
23-05-1810
3 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Ingekomen een Koninklijk Besluit dd. 18 mei 1810 nr. 16 waarbij op voordracht dd. 10 mei 1810 nr. 2 de uitvoer van geraffineerd zout wordt toegestaan, met last er op toe te zien dat er voldoende zout tegen redelijke prijzen te koop blijft. Aan de Burgemeester van Amsterdam wordt bij missive gelast maandelijkse opgaven te doen. | Details |
|
13-12-1810
18 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Ingekomen zeven missiven van de Burgemeester van Amsterdam met maandelijkse opgaven van de zoutprijzen en voorraden in Amsterdam. Aangenomen voor kennisgeving. | Details |
De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.