Onderzoeksgids Bestuur en administratie van de Bataafs Franse tijd 1795-1813

 
English | Nederlands

Instelling

Raad van de Aziatische Bezittingen en Etablissementen (1804-1806)


Actief vanaf 01-05-1804 tot 01-08-1806

Aantekeningen:

Tot de taken van de Raad van de Aziatische Bezittingen en Etablissementen behoorde het beheer van de eigen inkomsten, de administratie van politie en justitie in de bezittingen, de verdediging daarvan, in zoverre daarover niet onmiddellijk door het Staatsbewind werd beschik, het verhandelen van producten en de financiële administratie. Het betrof de bezittingen van de voormalige Oostindische Compagnie.

Bij de vrede van Amiens tussen Frankrijk en Engeland van maart 1802 waren deze gebieden, met uitzondering van Ceylon, aan de Bataafse Republiek teruggegeven. Bij het uitbreken van nieuwe vijandelijkheden gingen ze echter opnieuw verloren, de Kaap in 1806. Maar onder andere Java, Kanton en Deshima bleven tot 1811 steeds in Nederlands bezit.

De Raad bestond uit negen leden, te benoemen door het Staatsbewind. De Raad diende in de eerste vergadering uit eigen midden bij meerderheid van stemmen een voorzitter te kiezen. Een reglement van orde moest worden opgesteld en goedgekeurd door het Staatsbewind. In het reglement werd onder andere bepaald dat het voorzitterschap elke maand zou wisselen, volgens anciënniteit in leefjaren en later volgens anciënniteit van zittingsperiode. De ingekomen stukken werden behandeld volgens een vaste volgorde op afzender. De voorzitter kon desgewenst preadvies uitbrengen. Besloten werd bij meerderheid van stemmen. Bij het staken der stemmen diende de zaak de volgende dag opnieuw ter tafel te komen of indien geen uitstel mogelijk was, mocht de president na een tweede omvraag zo nodig met zijn stem concluderen. Ter voorbereiding van de besluitvorming werden drie commissies ingesteld: 1) commissie tot de Indische zaken; 2) commissie tot de koophandel en zeevaart; 3) commissie tot de financiën. Twee personen van buiten de Raad resideerden als commissarissen van de Raad in Amsterdam. De Raad had een ontvanger en een fiscaal.

De secretaris, de ontvanger en de departements-commissarissen werden de eerste maal direct door het Staatsbewind aangesteld. Daarna zou dit gebeuren op een door de Raad in te dienen drievoudige nominatie. De overige beambten en bedienden kon de Raad zelf aanstellen.


Wetgeving:

1801/10/16 Staatsregeling van het Bataafse Volk. meer informatie
1804/03/17 Besluit van het Staatsbewind: vaststelling van de instructie voor de Raad van de Aziatische bezittingen. meer informatie
1804/09/27 Besluit van het Staatsbewind: vaststelling van het charter voor de Aziatische bezittingen van de Bataafse Republiek. meer informatie
1804/09/28 Besluit van het Staatsbewind: vaststelling van het reglement van orde voor de Raad Aziatische bezittingen en van de instructie voor de secretaris. meer informatie
1805/04/29 Staatsbesluit Raadpensionaris: de Aziatische Raad wordt in haar functies gecontinueerd. meer informatie
1806/07/06 Koninklijk decreet Lodewijk Napoleon: de Aziatische en de Amerikaanse raad zullen werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van de Directeur-Generaal voor de Zaken van de Indiën, de Koophandel en de Koloniën. meer informatie
1806/07/29 Koninklijk decreet Lodewijk Napoleon: opheffing Raden der Aziatische Bezittingen en Amerikaanse Koloniën. Leden die niet bij het Ministerie van Koophandel en Koloniën werken, voeren de titel raden van de Minister van Koophandel en Koloniën. meer informatie



Literatuur:

Goor, J. van, De Nederlandse koloniën. Geschiedenis van de Nederlandse expansie, 1600-1975. Tweede druk. Den Haag, 1997.