26/03/1626, 16

 
English | Nederlands

16 De Bewindhebbers van Amsterdamse Kamer van de WIC schrijven over de grote overlast veroorzaakt door de uit Bahia de Todos os Santos teruggekeerde soldaten en verzoeken HHM zeer dringend een besluit te nemen over de betaling van de onschuldige soldaten.
HHM besluiten het plakkaat van 28 okt. 1625 te matigen en sturen deze resolutie aan de verschillende kamers ter toepassing. Het plakkaat wordt bij deze gematigd in die zin dat officieren en soldaten die bij akte van de fiscaal of op andere wijze onschuldig zijn bevonden aan de misdaden in San Salvador tot het moment van overgaan van die stad [naar de vijand] hun gage betaald krijgen door de Bewindhebbers van de WIC .
Hiervan zal afgetrokken worden het bedrag dat op ieders rekening door de Compagnie is geboekt en het geld dat de fiscaal tot levensonderhoud heeft uitgekeerd. De korting zal niet worden toegepast op het reis- en teergeld van degenen die namens de soldaten naar 's- Gravenhage zijn gezonden. De soldaten die in Zeeland en de Maassteden zijn aangenomen zullen op dezelfde voet worden behandeld als de overigen, zodat eenderde van hun maandgeld wordt afgetrokken voor proviand.
Degenen die buitengewone diensten hebben verricht aan bijvoorbeeld de fortificaties zullen naar inzicht van de Bewindhebbers worden tevredengesteld. Zij die in bestaande functies en taken zijn benoemd zullen volgens de hier geldende voet worden betaald, maar nieuwe en in het buitenland gecreƫerde diensten vallen buiten de aanspraken. De betaling komt, zoals plechtig beloofd aan de WIC, voor rekening van de Generaliteit maar gezien haar schaarse middelen zal de WIC gevraagd worden het geld voor te schieten op een akte van HHM.
Anna Hessels verzoekt betaling van het traktement van haar man die op de vloot van L'Eremite verblijft.
HHM wijzen dit af omdat zij gelijk anderen al drie maanden heeft ontvangen.