3
Naar aanleiding van het op 14 april ingediende rekest van
Carl Friedrich van Inn- und Kniphausen adviseert de RvS d.d. 15 april dat de betaling van twee
derde van zijn afrekening vanwege de toestand van het land
niet door
middel van een schuldbewijs kan geschieden, maar dat daartoe de
contributies van
Gulik
[Jülich] benut
zouden moeten worden.
Hij
heeft namelijk wel zijn commissie van HHM gekregen, maar is in
dienst
geweest van de
Brandenburgse
keurvorst. Niet
alleen
deze suppliant, maar het land in het algemeen zal gediend zijn met
de
executie van de contributies.
HHM nemen het advies over en zullen met de RvS spreken over de uitvoering van de executie.