19
Randwijck,
Schagen en
Beaumont
hebben verslag gedaan van hun gesprek met advocaat
Brasser dat over de volgende vier
punten ging.
Ten
eerste, of het oude contract met de Amsterdamse kooplieden
Gerrit van Schoonhoven en
Joost
Brasser nog wordt voortgezet. Ten tweede, of de 150.000
gld.
die men nog schuldig is van het door de heren verstrekte voorschot,
zo
spoedig mogelijk wordt gerestitueerd. Ten derde, of het door
hen
over de maanden februari en maart verstrekte en lang uitstaande
voorschot zal worden gedekt door de eerstvolgende betaling door
Venetiƫ. Ten vierde, of hun de rente van de
voorgeschoten bedragen naar rato naar de tijd toekomt.
De gecommitteerden is verzocht de punten te voorzien van hun schriftelijk advies. Ook moeten zij proberen Brasser over te halen de 150.000 gld. tegen een redelijke rente nog
met een jaar te verlengen.