17 - 09 - 1626
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Cornelis Janssen, werkmeester te Gorinchem, mag voor de bouw van het
fort tegenover
Niervaart
[Klundert] acht
paarden
halen,
op voorwaarde dat zij na afronding van het werk weer teruggebracht
worden.
2
Pieter Osdijck mag vijf paarden naar
Goes brengen.
Govert van Steenhuisen,
ruiter in de
compagnie van ritmeester
Van der
Wel, mag één
paard naar
Bergen op Zoom voeren.
Isac Venin,
Pierre Gadan en
Laurens Janssen mogen elk twee
merries naar
Middelburg brengen, allen op één
binnenlands paspoort.
3
Cornelis Aertsen mag twee ploegpaarden naar
Kruisland
uitvoeren,
Jan Dirxen Vinger twee
merries naar
Sleeuwijk in het Land van
Altena
en
Hendrick Goverts twee merries naar
Hill, ook in het Land van Altena gelegen. Allen
moeten
Bosch'
licent betalen en garanderen dat de paarden niet elders
terechtkomen.
4
Conform het advies van de RvS staan HHM de ingezetenen van
Steenbergen en
Biervliet de licentvrije uitvoer toe van
hun paarden. De 12 sept. verstrekte akten zullen in die zin worden
aangepast.
Ook
Daniel Noriot, rentmeester van Z.Exc. te Steenbergen, heeft toestemming
licentvrij een rijpaard te halen.
5
Het verzoek van de
hertog van Aarschot twaalf koetspaarden van dezelfde kleur door
Walhoven te laten overbrengen uit
de
Republiek is
afgewezen.
6
Van de
Amsterdamse Admiraliteit
is een brief d.d. 15 sept. ontvangen waarin zij bericht zonder subsidie de vier schepen voor de Engelse vloot niet te kunnen uitzenden.
Geantwoord zal worden dat HHM vreemd opkijken van deze late melding en dat de Admiraliteit de uitzending van de schepen moet versnellen. Aangezien de decharges naar de provincies zijn gestuurd, kan het College een geldlening afsluiten.
7
Van
Berck zijn twee brieven d.d. 28 aug. ontvangen waarin hij meldt
bij de republiek van
Venetië te hebben
volhard in
het overmaken van de 30.000 rijksdaalder voor de
prins van
Transsylvanië. Hij bericht ook dat men hem heeft
ingelicht
over de in Venetië gehouden besprekingen met de
ambassadeur
van Frankrijk over de vrede in de
Valtellina.
Beide brieven behoeven geen resolutie.
8
Ambassadeur
Georgi compareert en deelt feitelijk mee hetgeen
Berck reeds schriftelijk heeft
laten weten.
Hij wordt met passende complimenten bedankt.
9
Aangezien raad ter Admiraliteit
Cornelis Folperts tegen
Brouchoven heeft
gezegd dat
personen uit het
Rotterdamse
Admiraliteitscollege
de kapitein van schans
Blaak opdracht hebben
gegeven schepen te laten
passeren, is besloten hem te horen over deze kwestie.
10
Er wordt naar voren gebracht dat
Quade zich bezwaard voelt door enkele punten in de tekst van het
hem 15 sept. overhandigde, onverbindende, akkoord.
Afgesproken wordt dat de gecommitteerden daarover nog eens met hem zullen spreken.
11
Conform de resolutie van 10 aug. heeft de heer van
Thienhoven in handen van de
president de eed afgelegd als raad ter
Admiraliteit te Middelburg
.
12
De gedeputeerden te velde schrijven d.d. Emmerik [Emmerich] 13 sept. over het verzoek van de
Engelse koning inzake de absentie van de Engelse officieren. Z.Exc. meent
namelijk dat dit beleefd geweigerd moet worden, hoewel men wel
oogluikend zou kunnen toestaan dat er tien in
Engeland
blijven, maar dan wel zonder gage. Ook wordt geschreven dat de
plaats
van luitenant
Freyer vergeven
dient te worden
aangezien hij voor zijn verlof geen toestemming had van Z.Exc.,
maar
toch naar Engeland is vertrokken. Z.Exc. vindt dat nog moet worden
vastgehouden aan de voortzetting van de betaling van de vier
regimenten. Op
Schenkenschans
['s-Gravenwaard] moet de rogge,
daarvandaan gehaald voor het leger, worden aangevuld. Tot slot
wordt nog gewezen op het geldgebrek en de weigering van
Nijmegen geld te verstrekken.
De brief gaat naar de RvS voor een beslissing over alle punten met uitzondering van de kwestie van de absentie en de voortzetting van de regimenten. HHM zullen eerst lezen wat de RvS over de absentie heeft geadviseerd en inzake de regimenten is al naar
Joachimi geschreven. Freyer zal worden ontslagen aangezien hij geen
verlof heeft van de RvS.
13
Cornelis Anthonissen van Vlissingen heeft een fregat van
Grevelingen naar
Boulogne-sur-Mer overgezeild en is daar in
hechtenis
genomen.
Op zijn verzoek zal
Languerack
worden geschreven te
bevorderen dat Anthonissen wordt vrijgelaten. De ambassadeur moet
zich ook inspannen voor de beëindiging van een dergelijk
optreden
tegen ingezetenen van de Republiek.
14
Tot de bezending naar
Emden zijn de heren gecommitteerd die ook eerder daar zijn geweest:
Feith,
Hindelopen,
Walta,
Ter
Cuilen en
Broersema. Er zullen nog twee
andere
gedeputeerden
worden toegevoegd.