30/11/1626

 
English | Nederlands

30 - 11 - 1626

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 De Rotterdamse Admiraliteit heeft op het schrijven van HHM van 20 nov. geantwoord dat zij de heer van Soelen zal voorzien van twee sloepen.
Vereist geen resolutie.

2 Suriano compareert en klaagt dat de Amsterdamse Admiraliteit suiker en peper uit de door Moins opgebrachte schepen heeft verkocht, dit tot groot nadeel van Venetië. Hij vraagt beslag te laten leggen op de verkochte goederen.
Omdat enkele afgevaardigden van de Admiraliteit naar 's- Gravenhage zijn gekomen zal men die morgen over deze zaak horen.

3 Stavenisse en Van der Lingen voeren aan dat de RvS graag zou zien dat HHM iemand uit hun midden aanwijzen om met een van de raden naar Zeeland te gaan.
HHM blijven bij hun resolutie van 28 november.

4 Rode en Schaffer zullen Jan Loos horen over hetgeen hij voor het land kan betekenen.

5 De gedeputeerden die met Z.Exc. in beraad zijn geweest over de uitdieping van de Rijn en de IJssel doen verslag. Zij stellen graafwerkzaamheden voor die meer water in beide rivieren moeten brengen. De aanleg van de lange krib en de hoofden boven Schenkenschans ['s-Gravenwaard] en bij IJsseloord levert namelijk weinig op. Eck, Cornelis van Beveren, Hertevelt - of, indien hij niet beschikbaar is, een andere door de heren van Utrecht aan te wijzen persoon - en Marten Aelberts zullen met ingenieur Jan van den Bosch ter plekke inspecteren of de voorstellen nuttig zijn. Zij moeten een adequate kaart van hun bevindingen maken en verslag doen aan HHM.

6 De Rotterdamse Admiraliteit schrijft d.d. 21 nov. dat de officiers van de konvooien en licenten te Steenbergen zich over licentmeester Oostermans beklagen. Hij zou levensbehoeften voor de plattelandsbewoners uit de omgeving van Steenbergen doorlaten zonder lijst.
Oostermans moet berichten of dit klopt en om zekerheid te hebben dient hij ook de door hem gebruikte lijst op te sturen.

7 De president brengt naar voren dat de kerkenraad van de Franse kerk in 's- Gravenhage verzoekt Jan d'Espaigne op dezelfde wijze te belonen als zijn collega-predikant. Hij zou anders aanstoot kunnen nemen en vertrekken.
De heren van Holland is verzocht de zaak welwillend te bezien.

8 De gedeputeerden te Emden schrijven d.d. 21 november.
Z.Exc. zal van de brief op de hoogte worden gesteld.

9 Berck schrijft d.d. Venetië 6 nov. dat hij een nog op de maand januari uitstaande wissel van 3.184 dukaten heeft getrokken op Doublet, maar dat Schoonhoven en Brasser die geweigerd hebben.
Thesaurier-generaal De Bie zal de kwestie onderzoeken en advies uitbrengen.

10 De priester Bras Soares en de kapiteins Constantino de Mello Pereira en Manoel de Marais Tavares, alledrie gevangengezet te Rotterdam, verzoeken één hunner toe te staan een paar keer week naar buiten te gaan.
De Rotterdamse Admiraliteit wordt advies gevraagd.

11 De hertog van Candale compareert en verzoekt HHM in overweging te nemen dat het lichten van zijn regiment in Frankrijk tot grote kosten heeft geleid die hij graag op dezelfde wijze vergoed zag als is gebeurd bij andere troepen. Ook recommandeert hij de betaling van zijn eigen traktement. Tevens zouden HHM de edelman die de koning hiernaartoe heeft gestuurd vanwege de zaak van D'Estiaux weer moeten afzenden.
Inzake het regiment is onlangs besloten door geldlening een maand soldij uit te laten keren en de RvS zal nu adviseren hoe dit geregeld gaat worden. Wat het traktement aangaat laten HHM de zaak bij hun resolutie van 19 april 1625, toen ingestemd is met het vertrek van de hertog naar Venetië op voorwaarde dat zijn traktement ophield. Het inmiddels gelezen antwoord dat HHM aan de koning willen sturen over de zaak van D'Estiaux zal aan Z.Exc. worden gegeven voor een reactie.