10
HHM hebben de artikelen over de uitwisseling van de gevangenen, opgesteld op grond van het verslag van
Slachmulder en
Van Berckel, gelezen.
In de eerste plaats zullen HHM de provincies schrijven bekend te doen maken dat men de magistraten op de hoogte moet stellen van personen die voor 10 oktober gevangen zijn genomen daar waar geen kwartier bestaat. Deze gegevens dienen vervolgens aan HHM te worden opgestuurd.
Ten tweede bevestigen HHM het punt met betrekking tot de Spaanse gevangenen, in het bijzonder hetgeen is vastgelegd over kapitein
Tjarck en
Du Chene. De provincies
zullen bekend
laten maken dat degenen met gevangenen in
Spanje
dit
bijtijds laten aantekenen.
In de derde plaats zal de provincies worden geschreven de afspraken over de betaling van de mondkost bekend te maken. Degenen van de vloot die in november 1625 zijn gevangengenomen en onder toezicht van
Kesseler staan, betalen niet meer dan 6 st. per dag. De overigen
dienen niet meer dan 8 st. te betalen, maar voor de dagen die zij
in
Brugge hebben doorgebracht is het maximum 9½ st.
Als er een hoger bedrag is betaald, dan moet men dat aantekenen
opdat
dit later bij de nadere afrekening kan worden verhaald. De vijand
zal
ook moeten terugstorten hetgeen
Disdorp en
Rougemont aan bewakingskosten is
afgenomen. De
RvS
zal nog moeten bepalen of de 1.200 gld. die de soldaten gedurende
deze
bewaking aan leeftocht is toegekend, door het land of uit het
rantsoen
moet worden betaald.
Ten vierde zal ten behoeve van de afrekening de provincies en Admiraliteiten worden aangeschreven een staat te doen maken van alle medische kosten en van die van het transport van de plaats van gevangenschap naar de plaats van uitwisseling.
In de vijfde plaats zal aan Slachmulder en Van Berckel een akte van indemniteit worden verstrekt vanwege de garanties die zij aan Kesseler hebben moeten geven inzake assignaties ten bedrage van 10.975 gld. 19 st. op
Pieter
Sanchijs,
Dionys de Guise,
Nicolaes
van
Molenbeeck en
Jacques van
Eole te
Duinkerke. Het bedrag betreft
de mondkost van diverse gevangenen.
Ten zesde zullen
Schagen,
Lyclama en thesaurier
De
Bie zich bezighouden met de afrekening van de bedragen -
waaronder de 6.000 gld. die te
Grave aan rantsoen
voor de paters is betaald en de contanten die Hollandse steden door
commies
De Willem hebben laten
sturen - die
Slachmulder en Van Berckel voor de uitwisseling hebben gebruikt.
Zij
zullen ook beider declaratie opnemen.