12
Agent
Coij schrijft d.d. Algiers 16 dec. 1626 en
vraagt om zijn ordinaris en extraordinaris traktement.
HHM schrijven de
Admiraliteit te Amsterdam
of zij aan de
Directie van de Levantse Handel
het overeengekomen ordinaris en extraordinaris traktement van zowel Coij als
Lambert Verhaer te
Tunis wil betalen.
In de brief is tevens sprake van aanspraken inzake de door admiraal
L'Eremite vrijgelaten slaven en degenen die hier uit
de
schepen
zijn
gehaald.
De gedeputeerden van
Holland willen de brief nader bestuderen en vragen kopie.