13/03/1627, 11

 
English | Nederlands

11 De Staten van Utrecht beklagen zich d.d. 28 feb. over de afspraken die de Overbetuwe en Nederbetuwe gemaakt zouden hebben met de vijand en over het onbestraft laten van Willem Janssen van Wamel, die sauvegardes van de vijand heeft uitgedeeld. Zij vragen om maatregelen, anders heeft dit gevolgen voor hun consenten.
HHM besluiten de Staten een kopie te sturen van de brieven die hierover zijn geschreven aan het Hof van Gelderland en aan de ambtlieden van de Overbetuwe, Nederbetuwe en Tielerwaard. Aan het Hof zal ook kopie van de brief van Utrecht worden gestuurd met een vermaning om de zaak van Van Wamel zodanig af te handelen dat Utrecht genoegdoening krijgt.