3
Nobel doet rapport. Conform zijn commissie van
afgelopen zaterdag heeft hij gesproken met die van de
Admiraliteit
te Rotterdam
over het verzoek van het
College van de Grote Visserij
om twee
konvooischepen te krijgen. Gewoonlijk worden die van de grote
visserij met zes en die van de kleine
met twee
konvooischepen voorzien. De
Kleine
Visserij
beschikt nu over
vier
schepen, zodat er vier voor de grote visserij overblijven. Wegens
geldgebrek kan de
Admiraliteit echter geen enkel schip op zee brengen. Van haar
konvooischepen kunnen
daarentegen wel de kapiteins
Verborch en
Blom worden
afgevaardigd. Zij kunnen gedurende veertien dagen de buizen
konvooieren totdat in de tussentijd de andere schepen van geld
zijn
voorzien en hen kunnen aflossen.
HHM laten de twee kapiteins voorlopig inzetten voor het konvooi van de buizen. Om de vier andere schepen in zee te krijgen, wordt het College van de Grote Visserij gevraagd het krediet van ontvanger
Van IJck te versterken. Daarmee kan de 20.000 gld. voor de equipage
worden geleend. Zodra de provincies aan
ontvanger-generaal
Doublet de
achterstallige
subsidies hebben betaald, zal het College het krediet weer kunnen
intrekken.