11
De heren van
Holland melden dat de kwestie van de Levantse handel over twee punten
gaat. In de eerste plaats zou iemand naar
Tunis en
Algiers moeten worden gestuurd wegens restitutie
van de
door hen in weerwil van het traktaat aan Nederlandse schepen
berokkende schade.
HHM zullen
Winant de Keiser eens horen.
In de tweede plaats zouden maatregelen moeten worden genomen voor het bewapenen en bemannen van de schepen richting Tunis en Algiers en het varen in konvooi.
Hierover is een concept gelezen, waarvan de andere provincies kopie hebben meegenomen.