18/11/1627, 14

 
English | Nederlands

14 Hendrick van Eck, generaal van de konvooien en licenten, meldt d.d. Arnhem 10 nov. dat de resolutie van 20 okt. over de uitvoer van paarden op verschillende manieren wordt uitgelegd door de onder verschillende Admiraliteiten vallende officieren van de konvooien en licenten. Hij vraagt om een nadere verklaring opdat er geen verschil is tussen de kantoren. Van Eck vraagt tevens of het niet nodig is alle kantoren te gelasten 's lands gerechtigheid te heffen op de paarden die bij trompet verkocht en uitgevoerd worden.
HHM schrijven de Admiraliteiten opnieuw dat zij de officieren moeten gelasten de hoogste in de lijsten genoemde belasting te heffen op de paarden die over water of over land uitgevoerd worden. Op een paard dat naar neutraal gebied wordt uitgevoerd en dat in de kolom staat op 4 of 6 gld., moeten zij 14 gld. heffen. Op een paard dat naar vijandelijk gebied wordt uitgevoerd en dat in de kolom op 6 of 9 gld. staat, moeten zij 18 gld. heffen. Voor een zoghengst of merrieveulen moet de helft van de hoogste in de kolom genoemde belasting betaald worden, namelijk 7 gld. in plaats van 2 gld. als het naar neutraal gebied gaat en 9 gld. in plaats van 3 gld. als het naar vijandelijk gebied gaat.
De Admiraliteiten moeten ook de officieren van de konvooien en licenten aanschrijven dat zij op de paarden die bij trommelslag of trompetgeschal verkocht worden, 's lands gerechtigheid heffen net als op andere paarden die uitgevoerd worden.