13
Ambassadeur
D'Espesses is ter vergadering verschenen en levert zijn memorie
in.1
De ambassadeur verzoekt HHM de magistraten van
Amsterdam aan te schrijven. Zij moeten hun autoriteit gebruiken om de
beslaglegging op de wijnen vervoerd in de schepen van
Pieter Janssens Book en
Clas Janssen Book en
Piter Goosens te helpen opheffen.
De
wijnen zijn afkomstig uit
Saint-Martin-de-Ré en zijn verbeurd verklaard
door de
koning en door de heer
De Toras verkocht aan genoemde
Books en
Goosens,
Jean Corve en
Pierre
Marceau of aan hun facteurs zoals blijkt uit de
bijbehorende
akte.
De schepen van Books zijn in Amsterdam aangekomen, waar ze in beslag
zijn genomen door enige handelaren. Zij beweren de wijnen gekocht
te
hebben van de oproerlingen toen de Engelsen het eiland
[
Saint-Martin-de-Ré] in
bezit
hadden.
Deze confiscatie berust op geen enkele rechtsgrond en heeft de dienst van Z.M. verhinderd en vertraagd.
De koning heeft het geld dat eruit zal volgen bestemd voor de koop van vijftigduizend 2[pond] lont, zesduizend kanonskogels, tienduizend 3[pond] buskruit en veertig stukhouten mast. Voor de uitvoer van deze handelswaar verzoekt D'Espesses HHM een paspoort te leveren op naam van
Arnout van der Loyen en
Evert Everwijn.
D'Espesses
verzoekt tevens paspoort voor de uitvoer van vijftig
paarden voor de stal van de
koningin.
HHM zullen de kwestie nader onderzoeken.
1
Geïnsereerd in S.G. 3187.
2
In S.G. 53 en 3187 wordt 'cinquante milliers' vertaald met 'vijftig honderdduizend'.
3
In S.G. 53 en 3187 wordt 'dix milliers' vertaald met 'tien honderdduizend'.