17/03/1628, 7

 
English | Nederlands

7 De heren van Holland antwoorden op de brief van HHM van 9 maart waarin de provincies zijn verzocht hun aandeel in de betaling van de compagnieën van Rouillac en Monschau op te brengen. Zij verklaren dat de compagnieën het best kunnen worden betaald door op de provincies te worden gerepartieerd.
HHM besluiten dat de repartitie van de ongerepartieerden reeds door enkele provincies is aangenomen en niet met twee compagnieën kan worden verhoogd. Daardoor zou de aanneming immers weer onzeker kunnen worden. HHM verzoeken de heren van Holland hun brief te resumeren en conform het daarin gedane verzoek te zorgen dat hun quote in de soldijbetaling van de genoemde compagnieën geregeld wordt opgebracht.