29/06/1628, 11

 
English | Nederlands

11 In een remonstrantie meldt de heer van Dyden, commandant van Emmerik, dat ontvanger Onckel de compagnie van Soppenbrouck niet heeft betaald. Onckel ontvangt echter wel dagelijks een groot bedrag uit de maandelijkse contributies van het Land van Kleef en Ravenstein, waarop de compagnie mede is aangewezen.
HHM laten Dyden er bij de Kleefse raden en ontvanger Onckel te Emmerik [Emmerich] op aandringen de betaling te doen. Indien zij in gebreke blijven, stellen zij Dyden aan om in naam van de keurvorst van Brandenburg de contributies van de genoemde landen te innen voor het onderhoud en de uitbreiding van de compagnie tot het oude aantal. De ontvangen contributies mogen nergens anders voor worden aangewend.