29/07/1628, 16

 
English | Nederlands

16 1 HHM lezen het op 19 juli mondeling gedane en later schriftelijk ingediende voorstel van ambtman Johan Diderick van der Aer. Tevens horen zij het rapport van de met Aer bijeengekomen afgevaardigden.
Inzake het gevraagde uitstel van executie op de Neuburgse gebieden en de clerus in het Land van Kleef en de aangaande deze executies en de licenten en het hoorngeld aan overste Gent en diens dienaar Jan Retzer verstrekte bevelen blijven HHM bij hun eerdere met advies van de RvS en medeweten van Z.Exc. genomen resoluties. Vanwege het alliantieverdrag mag niemand bij de executie worden ontzien.
Aangaande het door drost Nieuhoff namens de Kleefse regering krachtens haar brief van 19 mei aan het garnizoen van Soest [in Westfalen] gedane voorstel (niemand toe te laten tot het commando over het garnizoen of regiment) heeft Aer de afgevaardigden geantwoord geen instructie te hebben. Volgens hem was dit eerder een gevolg van een fout van de dienaren dan een bevel van de Kleefse regering. Desondanks heeft Aer vervolgens toegegeven een kopie van de brief over deze kwestie van HHM aan de Kleefse regering bij zich te hebben.
HHM zullen het er deze keer bij laten. Eventuele verdere overtredingen zullen zij beschouwen als inbreuken op het bondgenootschap.

1 Deze resolutie is gedrukt in: Aitzema, S. & O. kwarto II, 671-672/folio I, 794.