14
Namens de RvS berichten
Schotten en thesaurier-generaal
Van
Goch over een brief van
Oenema d.d. Amsterdam 17 november.
Hierin schrijft Oenema in opdracht
van
de Raad de door de dienaren van de
Deense
koning gekochte oorlogsmaterialen te hebben gecontroleerd
en
goed bevonden. Dit betreft onder meer buskruit, lood, musketten,
bandeliers, geweren, hengsels, hellebaarden, trommels en
borststukken
met kruisriemen. De verkopers, de kooplieden
Paulo Willem en
Cornelis
van Leuwen, klagen dat deze goederen zes maanden
gereedlagen, maar tot hun schade niet konden worden ingescheept en
weggezonden omdat de betaling van de koning uitbleef. Zij verzoeken
HHM
om de - conform de resolutie van 9 nov. in aftrek van het subsidie
aan
resident
Schultetus toegezegde -
koopsom voor deze goederen van 50.000 gld. binnen vier in plaats
van
acht maanden te doen betalen. Van dit bedrag moeten HHM een
obligatie
verstrekken, opdat de oorlogsmaterialen spoediger kunnen worden
verzonden.
HHM machtigen ontvanger-generaal
Johan Doublet om Paulo Wilhelm en Cornelis van Leuwen een obligatie te
verstrekken voor de
aan Schultetus in aftrek van het subsidie toegezegde 50.000 gld.
Zij
beloven dit bedrag over acht maanden na 9 nov.
te
betalen.