30/11/1628

 
English | Nederlands

30 - 11 - 1628

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Drost Johan van Aerssen verzoekt zijn in 1627 en 1628 vervallen traktement van 300 gld. te betalen en voor langere tijd te verlengen.
HHM geven dit rekest voor advies aan de RvS.

2 Naar aanleiding van het bericht dat er hoogstnodig geld voor het garnizoen van Glückstadt moet komen omdat de stad anders onvermijdelijk in handen van de keizerlijken valt, committeren HHM Bas, Aelbertsz. en Schaffer. Met een koopman moeten zij op de meest gunstige voorwaarden voor het land een wissel van 100.000 gld. op Hamburg regelen. Dit bedrag moet vanuit Hamburg in contant geld naar Glückstadt worden gestuurd.

3 Voordat HHM een besluit nemen over het verzoek van de Amsterdamse koopman Herman Bosch vragen zij hierover advies van de Admiraliteit te Amsterdam .

4 Jaspar Scherer, postmeester van de hertog van Longueville, vraagt octrooi aan van een generaal postmeesterschap. Krachtens dit octrooi zouden alle brieven en pakketten van en naar het buitenland in de Republiek slechts besteld mogen worden door de gezworen bestellers van de postmeester-generaal. Iedereen moet worden gelast dit na te leven. Voor zijn moeite verzoekt Scherer een jaartraktement. Ten slotte vraagt de suppliant HHM om hun kantoren te bevelen de brieven op bepaalde dagen naar zijn kantoor te brengen. Daartegenover biedt hij aan mee te delen hoe het recht van het kleinzegel het voordeligst kan worden aangewend.
HHM kunnen hierop niet ingaan.

5 De heren van Holland hebben verzocht de repartitie van de schulden van de Admiraliteitscolleges tot en met 1627 te bespreken. Bij uitstel hiervan zal het in hun provincie immers onmogelijk zijn vruchtbare consenten in de oorlog te dragen.
HHM nemen hierover geen besluit.

6 Z.Exc. bericht over een in Zeeland op 26 nov. geschreven brief van luitenant-admiraal Dorp en een lijst. Uit deze lijst blijken de volgende punten:
I De voor de kustblokkade van Vlaanderen bestemde schepen van de Admiraliteit te Rotterdam zijn ter bevoorrading in het Goereese Gat.
II De Admiraliteit te Amsterdam heeft enkele voor diezelfde blokkade bestemde oorlogsschepen afgedankt, waarvan enkele ter bevoorrading in Vlissingen zijn geweest.
III Enkele voor de kustblokkade bestemde oorlogsschepen van Zeeland konvooieren.
IV Twee voor de blokkade bestemde schepen van de Admiraliteit in het Noorderkwartier zijn Texel binnengevaren om te bevoorraden. Een van deze schepen is gelast te konvooieren.
HHM sturen een kopie van de brief en de lijst naar Eck, Van der Dusse en Bruninxs, respectievelijk aanwezig in Rotterdam, Amsterdam en het Noorderkwartier. Zij moeten de beste maatregelen voor het land treffen.

7 De binnengekomen extraordinaris afgevaardigden van de stad Groningen antwoorden desgevraagd gereed en gelast te zijn om met de heren van de Ommelanden de door henzelf op 29 sept. en de door die van Ommelanden op 7 nov. ingediende punten te bespreken. Een beslissing hierover laten zij over aan HHM. De afgevaardigden verzoeken een spoedige afhandeling.
HHM laten Essen, Noortwyck Van der Dusse, Beaumont, Ploos, Eysinga en Aelbertsz. deze punten behandelen en met de afgevaardigden van stad en Ommelanden bespreken.

8 De Directie van de Levantse Handel schrijft d.d. Amsterdam 25 nov. niet de traktementen van de in Algiers en Tunis verblijvende consuls te betalen.
HHM geven de brief aan Van der Dusse en Beaumont om de stukken aangaande de handel op de Levant en de Middellandse Zee hierover na te kijken.

9 Aelbert Coenraedts, Trip, Godyn en Hans van Loo[n] compareren. Zij melden een concept voor de assurantie van schepen en goederen op zee te hebben bedacht en verzoeken commissarissen af te vaardigen om dit met hen te bespreken.1
HHM wijzen Essen, Bas, Beaumont, Ploos, Eysinga, Aelbertsz. en Schaffer hiertoe aan.

10 Jan Claesz. Byl, kapitein van een compagnie pioniers te velde, verzoekt hem als vergoeding voor eerdere diensten te machtigen een compagnie van honderd man te mogen lichten en in dienst houden. Deze metselaars, timmerlieden, aardewerkers, pioniers en arbeiders kunnen worden ingezet om spoedig enkele forten te bouwen. Verder verzoekt Byl in acht te nemen dat vijftig geoefende pioniers meer kunnen betekenen voor de fortificatiewerken dan honderdvijftig nieuwelingen.
HHM geven het rekest voor advies aan de RvS.

11 In een rekest klagen de huidige pachters van het kwart dat de binnenlandse paspoorten niet conform het plakkaat van 1623 worden gezuiverd. Bovendien zouden de Admiraliteitscolleges het plakkaat en de daarop gemaakte aanpassing bij het vonnissen niet exact navolgen.
HHM schrijven de Admiraliteitscolleges om aan beide punten te voldoen.

12 HHM arresteren het conceptplakkaat van het uitvoerverbod van tarwe en rogge.2
Ondanks dit uitvoerverbod doen HHM die van Emden op hun verzoek met paspoort de benodigde tarwe en rogge toekomen. Ter cautie moeten zij binnen een maand bewijsstukken leveren waaruit blijkt dat deze goederen in Emden zijn gebracht.

13 Naar aanleiding van de onbesliste beroepszaak van Rogier van Brouchoven c.s. tegen de 35 ruiters van Bergen op Zoom laten HHM hun griffier de Hoge Raad verzoeken deze zaak te onderzoeken en een vonnis op te stellen. Daarbij verklaren zij dit op te stellen concept nauwkeurig na te leven en er niets aan te veranderen. HHM verzoeken de raadsheren om deze zaak geheim te houden en zullen hun vacaties goed in acht nemen.

14 De afgevaardigden van Schiedam compareren en verzoeken het konvooi te regelen voor hun schippers. Deze zijn gereed om naar Nantes in Frankrijk en verder westwaarts te varen
HHM schrijven de in Rotterdam aanwezige Van der Dusse bij het College daar te regelen dat de genoemde schippers goed worden gekonvooieerd. De regeling van de verdediging op zee en andere voorgaande resoluties aangaande het konvooi van de Rouenvaarders blijven echter ongewijzigd.

1 Het concept is afgedrukt in: Kronijk H.G. XXIII (1867) 147-178.
2 Het plakkaat is opgenomen in: Groot placaet-boek I, kol. 1136-1139.