3
HHM lezen de remonstrantie van
Gysbert Dimmer, drossaard van de stad en landen van
Steenbergen. Hij heeft op commissie van Z.Exc.
als
heer en baron van Steenbergen meer dan
twee jaar geleden de eed afgelegd en het ambt uitgeoefend,
gesteund door de resolutie van HHM d.d. 18 maart 1627 dat, indien
nodig, hij in
zijn ambt bevestigd zou worden. De remonstrantie houdt in dat de
Raad
van Brabant
zich heeft verstout zijn procureur
verschillende
processen
te laten starten, om uiteindelijk door middel van een pretense
sententie d.d. 15 okt. te verklaren dat de commissie van Dimmer en
genoemde
resolutie van HHM vals en verdraaid zijn. Op grond daarvan
acht hij de
suppliant ongekwalificeerd om het ambt te bedienen met daarbij
het verbod en een straf in het vooruitzicht als hij zich
daarmee blijft bemoeien. Deze Raad heeft bij een ander onjuist
vonnis in
dato
als voren de magistraat en alle anderen in het algemeen en
particulier
de genoemde steden en landen verboden de suppliant aan te nemen of
te
erkennen als drossaard van deze steden en landen. Daarnaast zijn
door
de Raad van Brabant nog verschillende andere pretense gerechtelijke
en
buitengerechtelijke ongefundeerde acties tegen de suppliant
ondernomen.
Na beraad verklaren HHM de procedures die door de procureur-generaal voor de Raad van Brabant tegen de suppliant reeds zijn of nog worden ondernomen voor nietig, met name de twee pretense vonnissen van 15 okt. en verder alle andere door hem gepleegde gerechtelijke en buitengerechtelijke acties betreffende de commissie van de suppliant en de uitoefening door hem van dit ambt met alles wat daartoe behoort. Ze verzoeken en machtigen Z.Exc. de suppliant in zijn commissie te handhaven en te doen handhaven tegenover een ieder die hem daarin schaadt of hem de uitoefening van zijn ambt wil verhinderen. Ze bevelen iedereen om de suppliant als drossaard van de stad en de landen van Steenbergen te erkennen, hem te respecteren en te gehoorzamen.
Rode heeft als mede-gedeputeerde van
Utrecht
verklaard
dat alvorens te beslissen in deze zaak, de tegenpartij moet
worden
gehoord.