17/01/1629

 
English | Nederlands

17 - 01 - 1629

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Harcke Heertgis en een andere schipper zijn met hun in Frankrijk met zout geladen schip uit nood en om konvooi te zoeken Het Vlie ingevaren, en vandaaruit met dezelfde lading verder oostwaarts gezeild. De advocaat-fiscaal van de Admiraliteit in het Noorderkwartier klaagt hen nu aan voor de illegale uitvoer van het zout krachtens de resolutie d.d. 11 aug. 1628 die op het moment van het voorval de uitvoer van grof zout verbood. De supplianten vragen HHM te verklaren dat het verbod op hun zout niet van toepassing was, aangezien ze noodgedwongen Het Vlie opgevaren waren.
HHM zullen eerst de Admiraliteit raadplegen.

2 De gisteren genomen resolutie over het gelukwensen van de graaf van Carlisle wordt geresumeerd. Noortwyck en Eyssinga worden gecommitteerd om de graaf een voorspoedige reis te wensen. Eck en Schaffer worden afgevaardigd om ridder Róo hetzelfde te wensen. Mochten Carlisle en Roo zich in elkaars gezelschap bevinden, dan doen Noortwyck en Eijsinga dit voor beide heren.

3 De brief aan ambassadeur Oosterwijck, opgesteld conform de gisteren genomen resolutie, wordt aangenomen.

4 President Noortwyck brengt HHM op de hoogte dat een timmerman in dienst van de WIC hem gemeld heeft dat de achtergebleven acht schepen van de vloot van admiraal Pieter Heyn in salvo in de Republiek aangekomen zijn.
HHM zullen de timmerman belonen zodra er zekerheid is over de aankomst van de schepen. Naderhand wordt hem 25 gld. toegekend, waarvan ordonnantie gedepêcheerd wordt.

5 Johan Berthaut van Loo krijgt van HHM 72 gld. voor de bezorging sinds 9 juli 1624 van brieven en pakketten van HHM, Z.Exc. en andere heren van de regering aan de vorsten van de Nedersaksische Kreits, de Hanzesteden en resident Aissma. Hiervan wordt ordonnantie gedepêcheerd.

6 HHM lezen het rekest van de inwoners van Oorderen en Oordam in het kwartier van Hoogstraten. Zij verzoeken om de daarin genoemde redenen dat hen naast de concessies bij appointement door de RvS d.d. 2 april 1626 verleend, toestemming gegeven wordt naar oude gewoonte met hun schuiten te blijven vissen, met garantie dat de Republiek hiervan geen nadeel zal ondervinden.
HHM vragen advies aan de RvS.

7 Willem Versteech, stempelsnijder van de Munt van Gelderland, legt HHM een ontwerp van een triomfpenning voor, met de afbeelding van de verovering van de Spaanse zilvervloot, met circumscriptie en inscriptie. Het is de bedoeling daarvan een triomfpenning te slaan. Versteech verzoekt om octrooi.
HHM stellen Beaumont het ontwerp ter hand om te onderzoeken wat van dit ontwerp gebruikt kan worden voor de reeds goedgekeurde uitgave van de triomfpenning. Hij moet hierover rapporteren.

8 HHM houden het verzoek van de vrienden van Laurens Reael om de missive van HHM aan de keizer door een verstandig en bekwaam persoon af te laten leveren, in overweging.