22/02/1629

 
English | Nederlands

22 - 02 - 1629

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 HHM beraden zich over hetgeen gisteren op voorstel van de gedeputeerden van Holland is besloten, om de graaf van Culenborch te schrijven over de betaling van het aandeel van het Kwartier van Nijmegen in de quote van Gelderland in de 100.000 gld. Op 15 dec. 1628 werd overeengekomen dit naar rato door de gedeputeerden van de provincies ter betaling van het garnizoen te Glückstadt naar Hamburg over te laten maken.
De griffier zal op last van HHM als particulier aan de graaf van Culenborch schrijven.

2 De gedeputeerden van Holland leggen de vergadering een bericht uit Stade d.d. 26 jan. o.s. voor, waarin staat dat een Schots koopman uit Zaandam daar was geweest. Hij heeft met Wallenstein een contract afgesloten om in de Republiek een groep scheepstimmerlieden aan te nemen en deze naar Wismar te brengen, waar zij schepen zullen bouwen voor de oorlog tegen Denemarken en ter controle van de Oostzee.
HHM schrijven de Admiraliteit te Amsterdam en in het Noorderkwartier hierover een wakend oog te houden. Zij moeten trachten te achterhalen wie deze koopman uit Zaandam is, deze aanhouden en voorkomen dat er scheepstimmerlieden daarheen vertrekken.

3 De schippers Harcke Heertges uit Veenhuizen en Volckert Dircxsz. uit Schellinkhout, schrijven dat zij, nadat zij in Frankrijk zout ingeladen hadden, uit nood en om konvooi te zoeken Het Vlie waren ingevaren, van waaruit zij met hun lading verder naar het oosten gevaren zijn. De advocaat-fiscaal van de Admiraliteit in het Noorderkwartier vervolgt hen echter voor illegale uitvoer van zout krachtens de resolutie van HHM d.d. 11 aug. 1628 waarbij de uitvoer van grof zout op het moment van het voorval verboden was. De supplianten verzoeken HHM te verklaren dat het zout ten tijde van het verbod niet in het land gekomen is en slechts noodgedwongen Het Vlie werd ingevaren, waardoor het verbod niet van kracht is.
Het rekest wordt verzegeld naar de Admiraliteit in het Noorderkwartier gestuurd met de mededeling hierover, niettegenstaande de eerdere resolutie, een rechtvaardig oordeel te vellen.

4 De Admiraliteit te Amsterdam bericht d.d. 15 feb. over het rekest van Frans Gysbrechsz., op 7 feb. aan HHM voorgelegd. De suppliant verzoekt daarin om met hetzelfde traktement terug in dienst genomen te worden. De Admiraliteit heeft hem enkele jaren geleden, toen hij assistent was van Willem Ridder, commies ter recherche in het fort te 's-Gravenwaard, na het overlijden van Ridder ontslagen.
De vergadering committeert Brunincx en Beaumont om de suppliant te horen, de commissie na te zien en hierover te rapporteren.

5 HHM lezen het rekest van de weduwe van kapitein Du Chene. Haar man was als gijzelaar uit Bahia de Todos os Santos naar Spanje gebracht en daar in dienst van de koning van Spanje gebleven. Naderhand heeft hij Z.Exc. een voor de Republiek gevaarlijk plan van de vijand geopenbaard. De suppliante verzoekt omwille van de goede diensten van Du Chene om bijstand voor haarzelf en haar kinderen.
HHM verlenen de suppliante ordonnantie van 200 gld.

6 Kamerbewaarder Herdersum wordt gelast een aalmoes van 6 gld. aan een arme Turk of moor te geven. Hij mag dit bedrag declareren.

7 Orateur Haga schrijft d.d. Constantinopel [Istanbul] 10 dec. 1628.
Er wordt geen resolutie genomen.

8 De vergadering onderzoekt de onkosten van het inventariseren en schatten van de roerende goederen van hofmeester Mortaigne, gedaan ten overstaan van agent Falckenborch krachtens de resoluties van HHM d.d. 13 sept. 1628. De genoemde onkosten bedragen 209 gld. 10 st., met inbegrip van de 46 gld. voor de twee klerken die de inventaris opgemaakt hebben.
HHM verlenen ordonnantie van het genoemde bedrag.

9 HHM verlenen ordonnantie van 200 gld. voor Jacques Gysbrechsz., die toen hij te Antwerpen woonde daar goede diensten bewezen heeft. Er wordt tevens ordonnantie verleend op 50 gld., maar dit schept geen precedent.

10 Verschillende inwoners van het vorstendom Gulik [Jülich] verzoeken om een sauvegarde voor henzelf, hun familie en bezittingen. In plaats van de Brandenburgse contributie bieden ze aan een door HHM vast te stellen bedrag te betalen.
HHM vragen advies aan de RvS.

11 HHM lezen het verzoek van het arme, verlaten en geheel verwoeste dorp Made onder de jurisdictie van Geertruidenberg, om een gulle subsidie voor de opbouw en het herstel van de kerk.
Het rekest gaat naar de RvS voor advies.

12 HHM lezen het rekest van Arent Boeckweit Coorn uit Dülken in Gulik, die in verband met de Gulikse contributies in Emmerik [Emmerich] wordt vastgehouden. De suppliant verzoekt om een sauvegarde voor zichzelf, zijn familie en zijn goederen, om zich vrij te mogen verplaatsen zonder lastiggevallen te worden vanwege de genoemde contributies.
HHM vragen advies aan de RvS.

13 Quiryn Jansz. Damast, koopman te Haarlem, en Aeltge Joachims c.s., uit 's-Gravenhage, verzoeken om betaling van de 8.101 gld. voor het lijnwaad dat HHM aan de graaf van Carlisle, extraordinaris ambassadeur van de koning van Groot-Brittannië, ten geschenke gegeven hebben
De vergadering ontbiedt de ontvanger-generaal en draagt hem op de supplianten onmiddellijk te betalen.

14 Brugmeester Gernou verzoekt betaling van zijn soldij en die van zijn pontgasten over de jaren 1627 en 1628, om hen in dienst te houden.
De gedeputeerden van de provincies zijn ernstig gemaand hun principalen aan te sporen tot onmiddellijke en contante betaling van de verschuldigde bedragen in de door de RvS verzochte 500.000 gld. De RvS heeft de decharges voor dit bedrag, in aftrek van de legerlasten van 1628, al doen uitgaan ter betaling van de suppliant, de trein van de artillerie, de schepen die verleden jaar noordelijker zijn geweest, de onbetaalde legerlasten van 1625, 1626 en 1627 en de oude fortificatiewerken.