13/03/1629, 15

 
English | Nederlands

15 Ter vergadering rapporteren Olphert Barentsz. en Schotte over hun onderzoek conform de resolutie d.d. 3 jan. naar de octrooiaanvraag van Pieter Dionys op het door hem ontworpen geschut. Ze hebben hem gevraagd een proefontwerp van het gehamerde ijzeren geschut te maken en dat vergeleken met het geoctrooieerde ontwerp voor geschut van verschillende metalen van Jan de Ryckert c.s. dat dateert van 5 maart 1627. Zij zijn van mening dat het wel degelijk om een ander ontwerp gaat en dat het octrooi van De Ryckert bijgevolg niet geschonden wordt. Daarna geven zij een uitvoerige technische beschrijving van het productieproces van de stukken. Barentsz. en Schotte geven Dionys het voordeel van de twijfel en raden HHM aan Dionys zijn ontwerp te laten perfectioneren en het octrooi van De Rycke c.s. in te trekken.
Dionys zal zijn vier proefstukken die in het magazijn liggen terugkrijgen om er verder aan te werken, zonder deze of andere te mogen verkopen alvorens de RvS de verbeterde versie heeft gekeurd. De eventuele intrekking van het octrooi van De Rycke houden HHM in beraad.