26/03/1629

 
English | Nederlands

26 - 03 - 1629

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Admiraal Reael brengt in de vergadering kort verslag uit van zijn gevangenschap bij de keizer en zijn vrijlating. Hij deelt tevens mee wat hij vóór zijn gevangenneming heeft vernomen over de staat van het leger en de oorlogsvloot op de Oostzee van Wallenstein, en over de onderhandelingen van hemzelf met de koning van Denemarken conform zijn instructie. Hij verwijst daarbij naar de in duplicaat overgezonden besognes.
HHM heten hem welkom en bedanken hem hiervoor.

2 Vice-admiraal Lieffhebber levert het journaal in van zijn belevenissen op zee en op de rede tussen 28 jan. en 23 maart.
HHM geven dit aan Essen en andere gedeputeerden van HHM belast met het onderzoek van de op 22 maart door de burgers van Hoorn ingediende stukken.

3 Abraham van Ellempt, koopman te Amsterdam, schrijft in een rekest dat hij op weg naar de Frankfurter Messe op het raadhuis in Keulen is ontboden, aangehouden en beboet met 2.000 goudgulden, nadat hij had bekend anabaptist of mennoniet te zijn.
HHM zullen de magistraat van Keulen schrijven de suppliant zo snel mogelijk zonder verdere kosten vrij te laten. Verder moet de magistraat hem onbelemmerd over haar grondgebied laten reizen om hem zijn zaken af te laten handelen. Indien dit niet of te laat gebeurt, zullen HHM tegenmaatregelen nemen. Agent Van der Veecken zal deze resolutie ter vergadering aangezegd worden.

4 Joachimi schrijft d.d. Londen 15 maart dat het Schots regiment van de graaf van Morton in dienst van HHM op de overeengekomen voorwaarden naar de Republiek zal komen onder leiding van de enige zoon van de kanselier van Schotland. Joachimi heeft onder meer beloofd 800 pond sterling voor te schieten, die hij zo voordelig mogelijk zal opnemen.
HHM verzoeken de RvS de wisselbrieven ter waarde van het genoemde bedrag te accepteren en te betalen.

5 De Gedeputeerde Staten van Utrecht schrijven d.d. 12 maart ernaar te streven stipt hun quote in de 400.000 gld. te voldoen, in mindering op de legerlasten over 1629.
Er wordt geen resolutie genomen.

6 Ontvangen is een brief met berichten van resident Aissma d.d. Hamburg 6 maart.
Er wordt geen resolutie genomen.

7 HHM hebben een missive ontvangen d.d. 21 maart 1629 van kapitein Severijn Hoemaecker, kapitein-commandant van Liefkenshoek. Hij vreest dat de vijand op de plaats van de wapper, ook Het Luijs genoemd, tegenover het Stoofgat een schans wil bouwen. Dit kan verhinderd worden door de aanleg van een redoute.
President Schaffer wordt verzocht over de aanleg van de redoute met Z.Exc. te spreken.

8 HHM horen het rapport van thesaurier-generaal Van Goch over de rekening van agent Mibassen in de periode 9 okt. 1628 tot en met 27 feb. voorgeschoten geld aan de uit Vlaanderen in Calais aangekomen gevangenen.
HHM depêcheren ordonnantie van 1.260 gld. 19 st.

9 De verdreven predikanten uit het Land van Gulik [Jülich] en Berg vragen HHM over te gaan tot de terugvordering van de gereformeerde kerken en ondertussen enige middelen te verstrekken voor het levensonderhoud van de verbannen predikanten.
Het rekest en de bijlagen gaan naar de RvS voor advies.

10 Paul de Wilhem en Cornelis van Leeuwen vragen om terugbetaling van 10.000 rijksdaalder die zij op 7 maart te Hamburg hebben betaald aan commissaris Hoogenhouck als tweede termijn van de door hen toegezegde 100.000 gld.
HHM zullen de ontvanger-generaal ontbieden om te vernemen hoeveel hij uit de provincies heeft ontvangen ter betaling van de 100.000 gld.

11 De Kleefse stadhouder en raden te Emmerik [Emmerich] schrijven d.d. 15 maart over het onderhoud van de compagnie van de heer van Soppenbrouck en het stopzetten van de geestelijke contributies in het Land van Kleef.
Essen en andere gedeputeerden van HHM, die zich eerder met deze zaak beziggehouden hebben, worden gecommitteerd de retroacta hierop na te zien en hierover te rapporteren.

12 HHM lezen het advies van de RvS d.d. 26 maart op het rekest van de wapensmeden Casper Aelbrechsz. en Abraham Woutersz. d.d. 12 maart.
Conform het advies verlenen HHM de supplianten op de gebruikelijke voorwaarden een octrooi van tien jaar op hun ontwerp voor een ijzeren donderbus. Het ontwerp van de supplianten lijkt niet op de bestaande, koperen donderbussen.

13 Schaffer deelt mee dat de gedeputeerden van de stad Emden en de huismanstand opnieuw in 's- Gravenhage aangekomen zijn. Zij hebben gevraagd hun besprekingen van oktober 1628 met de gecommitteerden van HHM weer te hervatten.
HHM committeren Essen en andere gedeputeerden van HHM om met de supplianten te spreken, de retroacta te resumeren en over de besprekingen te rapporteren.

14 President Schaffer deelt de vergadering mee dat de opgeroepen gecommitteerden van de WIC de gevraagde staten en lijsten hebben meegebracht: één van de veroveringen op de vijand, één van tegoeden van de WIC op het land, één van de gevangengenomen Spanjaarden en één van de buitgelden van de matrozen en de soldaten die aan de verovering van de Spaanse zilvervloot hebben deelgenomen. De gecommitteerden delen mee admiraal Lonck te hebben aangenomen om tijdens de aanstaande tocht het bevel te voeren over de vloot. Zij zijn bereid hierover meer informatie te geven.
Er wordt geen resolutie genomen.

15 HHM geven de arme verdreven predikant Demelius 10 gld., waarvan hem ordonnantie verleend zal worden.

16 Mathys Treurnyet c.s., werkmeesters, vragen om betaling van hun tegoeden, ongeveer 80.000 gld., voor verschillende door hen aangenomen werken aan het fort Blauwgaren, in Steenbergen en in Bergen op Zoom, conform de door de RvS verleende ordonnanties.
HHM vragen de RvS de supplianten uit de verzochte 500.000 gld. te betalen.

17 Vosbergen legt de vergadering de volledige rekening voor van hetgeen hofmeester Johan van Woestinghove voorgeschoten heeft aan verblijfs- en andere kosten tijdens het extraordinaris gezantschap van de heer van Sommelsdyck en Vosbergen in Frankrijk en tijdens de reis daarheen en terug. Tijdens dit gezantschap is spaarzaamheid betracht en heeft men geprobeerd de richtlijnen van HHM na te leven, maar dat was door de gestegen kosten van levensonderhoud niet mogelijk, zoals bij herhaling te kennen is gegeven. Daarom vraagt Vosbergen HHM deze rekening goed te keuren. Hij verklaart daarbij dat er geen privé-onkosten door hem of Sommelsdyck zijn opgevoerd. De suppliant vraagt HHM tevens rekening te houden met de openstaande posten aan het eind van de rekening, te weten de beloningen voor de officieren die deel uitmaakten van het gezantschap.
De rekening en de specificaties gaan naar thesaurier-generaal Van Goch om deze na te kijken en daarbij te letten op de openstaande posten voor de genoemde officieren. Na zijn rapport te hebben ontvangen zullen HHM een besluit nemen over de rekening.

18 Schaffer geeft HHM in overweging om Eysinga, gedeputeerde namens Friesland, te beloven dat men de betaling van de genoemde provincie ten behoeve van de repartitie van de oude lopende schulden van de Admiraliteit, niet zal vorderen uit haar achterstallen, voordat er bericht is over de betaling van de achterstallen door de overige provincies.
HHM handhaven hun resolutie d.d. 24 maart over het versturen van de repartitie. Eysinga wordt verzocht bij de Staten van Friesland aan te dringen op goedkeuring van deze repartitie en de betaling daarvan uit de achterstallen en de quote van Friesland in de 2.500.000 gld. Eysinga weigert dit te doen.