07/09/1629

 
English | Nederlands

07 - 09 - 1629

1

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 HHM lezen het verzoek van Jacob Cordon, korporaal onder de compagnie cavalerie van ritmeester Thomas Lucas. Hij klaagt bij ongelukken enkele paarden te hebben verloren en verzoekt hulp om het aantal weer aan te vullen. Indien hem die wordt geweigerd, wil hij een paspoort om naar zijn vaderland terug te keren.
Dit verzoek zal aan de RvS ter hand worden gesteld voor een besluit in landsbelang en voorzover de regels van het land dit toelaten.

2 HHM lezen het open patent van de Franse koningin-moeder d.d. 23 juli, dat wordt ondersteund door het schriftelijke verzoek van ambassadeur De Beaugy om door Fransois Regnault de la Rocque zonder betaling van konvooien en licenten vijftig paarden uit deze landen naar Frankrijk te laten vervoeren.
HHM staan hem de uitvoer over water van de paarden toe, op voorwaarde dat hij waarborg stelt dat de paarden naar Parijs worden gebracht en hij ambassadeur Langerack laat weten wanneer de paarden daar zijn aangekomen.

3 De heer van Hardenbrouck - die uit naam van zijn echtgenote een proces voert tegen zijn schoonvader te Luik - ontvangt een voorschrijven aan de nuntius van de paus om het proces dat momenteel in de staat van wijzen is, te besluiten.

4 Ontvangen is een brief van de schout, burgemeesters en schepenen van de stad Rotterdam d.d. aldaar 5 sept., met een kopie van de brief van Jan Leendertsz. Schouten geschreven aan Cors Jansz. van Alphen te Brussel, waarin deze de vijand aanmoedigt om iets ten nadele van deze landen te ondernemen en daartoe enkele voorstellen doet.
Er wordt geen resolutie genomen.

5 Ontvangen is een brief met berichten van de gedeputeerden te Wezel d.d. aldaar 1 september.
Er wordt geen resolutie genomen.

6 Ontvangen is een brief van de gedeputeerden te Wezel d.d. 2 sept., met de mededeling zich niet met de aanstelling van de gouverneur, majoor en ondermajoor aldaar te hebben bemoeid, maar dat zij voorlopig de andere ambten van capabele personen hebben voorzien.
HHM zullen de personen die door de gedeputeerden zijn aangesteld handhaven en hun commissie bekrachtigen.

7 Ontvangen is een brief met berichten van de gedeputeerden te Wezel d.d. 3 september.
Er wordt geen resolutie genomen.

8 Ontvangen is een verzoek van de Admiraliteit te Amsterdam d.d. aldaar 4 sept., om te worden geëxcuseerd de Wezer en de Jade te bezetten. Dit College meent dat deze rivieren al voldoende beveiligd zullen worden door de schepen die de Admiraliteit te Dokkum daarheen stuurt.
HHM zullen de Admiraliteit te Dokkum schrijven met het sturen van een schip naar de Wezer en Jade haast te maken en ze verzoeken daarbovenop nog twee schepen te sturen, voor iedere stroom een. Indien de situatie dat niet toelaat, moet de Admiraliteit HHM daarvan zo spoedig mogelijk verwittigen.

9 Overste Gent bericht per brief d.d. Soest [in Westfalen] 31 aug. over de zaak van de Westfaalse landdrost, waarover eerder aan de overste was geschreven.
Er wordt geen resolutie genomen.

10 Ontvangen is een brief van de burgemeesters en raden van de stad Hoorn d.d. aldaar 4 sept. met het verzoek om ook kapitein Thoen met zijn schip onder het commando van Cleuter naar Algiers en Tunis te laten gaan ter bevrijding van de gevangenen aldaar.
HHM zullen de Admiraliteit in het Noorderkwartier schrijven in plaats van het schip Eendracht een ander geschikt oorlogsschip bij de bevrijding in te zetten, met uitzondering van de schepen die benodigd zijn voor de bezetting van de kust of het kruisen op de Noordzee.

11 Ontvangen is een brief van Z.Exc. geschreven vanuit het leger voor 's-Hertogenbosch d.d. 4 sept., betreffende het te Soest [in Westfalen] gelichte volk.
Er wordt geen resolutie genomen.

12 Diden ondersteunt met een brief d.d. 31 aug. het verzoek van zijn secretaris Johannes Copes om een aanstelling als servitiemeester bij het garnizoen te Wezel.
HHM stemmen hiermee in en zullen een akte van commissie depêcheren. Daarna moet de eed worden afgelegd.

13 Ontvangen is een brief van de burgemeesters en vroedschappen van de stad Weesp d.d. aldaar 4 sept., met klachten over de overlast van soldaten. Ten tweede verzoeken zij een ladder of planken te mogen leggen over hun half afgebroken brug, die in tijd van nood makkelijk kunnen worden verwijderd. Ten derde verzoeken ze om lozing van het water van hun voorland en het drassig houden van hun achterland.
Deze brief zal voor een beslissing aan de RvS ter hand worden gesteld.

14 Maurice de Hallardt, commandant te Wijk bij Duurstede, heeft verzocht om oorlogsmunitie, materialen en andere gereedschappen, alsmede nadere orders inzake de fortificatiewerken aldaar.
HHM machtigen de RvS hierover een besluit te nemen in het belang van het land en ter bescherming van de stad, ten laste van de direct betrokkenen.

15 Het verzoek van de gedeputeerden van de Admiraliteit te Rotterdam wordt behandeld. Ten eerste willen ze dat het kantoor van de konvooien en licenten te Wezel onder dit College komt, ten tweede willen ze Van Dalen die vele jaren als konvooimeester te Heusden heeft gediend, aanstellen als konvooimeester te 's-Hertogenbosch wanneer de stad aan HHM komt.
HHM zullen de gedeputeerden van de genoemde Admiraliteit en die van Amsterdam (die op hetzelfde aanspraak maken) op 14 sept. oproepen, om beide partijen te horen en op grond hiervan te beslissen. Op het tweede punt verklaren HHM dat het verzoek te vroeg komt. Daarover zal te zijner tijd worden beslist.

16 De voogden van de kinderen van wijlen Guiliame de Bussonet, in zijn leven tafelhouder van de bank van lening te 's-Hertogenbosch, verzoeken om een aanstelling als tafelhouders in deze stad.
HHM zullen hierover te zijner tijd beslissen.

17 Ontvangen is een brief van overste Gent d.d. Soest [in Westfalen] 31 augustus. Hij vertrouwt erop niet door HHM te worden afgedankt alvorens de regering van de keurvorst van Brandenburg zijn achterstallen heeft voldaan.
Het advies van de RvS zal hierover worden ingewonnen.

18 De graaf zu Schwarzenberg schrijft d.d. Emmerik [Emmerich] 2 sept. dat overste Gent bezwaar maakt tegen de vermindering van het volk naar duizend man te Soest [in Westfalen], en dat hij tegen de orders van HHM in doorgaat met de inning van de contributies.
Deze brief zal voor onderzoek en advies ter hand worden gesteld aan de RvS.

19 Ontvangen is een brief van de gedeputeerden van HHM te Arnhem d.d. aldaar 6 sept. en een duplicaat van een brief van hen aan de graaf zu Schwarzenberg. De brief betreft de kaalslag van de rijswaarden te Huissen en het invorderen van de daarvoor gemaakte kosten.
Er wordt geen resolutie genomen.

20 Op voorstel van de graaf van Culemborg verzoeken HHM de graaf zu Schwarzenberg om de compagnie van de graaf van Waldeck in dienst van de keurvorst te houden, of tenminste de duizend man die conform het afscheid van 31 juli in dienst zullen blijven, te verdelen in vijf compagnieën van elk tweehonderd koppen.

21 De RvS verzoekt ter vergadering de mening van HHM over de voortgang van de werken tussen de Vaartse Rijn en de Hinderdam waarmee is ingestemd. Indien HHM alsnog menen dat die werken ter hand genomen moeten worden, moeten ze daarvoor het geld verschaffen. Ten tweede deelt de RvS HHM mee dat het water dat door de sluis aan de Vaartse Rijn wordt ingelaten op verschillende manieren aan de Vecht wordt onttrokken terwijl de andere sluizen en verlaten worden gesloten, wat inundatie van het land aan de oostzijde van de Vecht belet. De RvS wil weten of HHM de zaak hierbij willen laten. De RvS verzoekt HHM ten derde de betaling te regelen van de voor de belegering van 's- Hertogenbosch nieuw gelichte twaalfduizend man, waaraan de provincie Gelderland 150.000, Holland 400.000 en Utrecht 200.000 gld. extraordinaris beloofd hebben bij te dragen.
Vasthoudend aan de vorige resolutie machtigen HHM de RvS op het eerste punt om de werken in allerijl bij de hand te nemen, te voltooien en bestand te maken tegen vijandelijk geweld, ten laste van de direct betrokkenen. De RvS mag voorlopig wat geld (maar zo weinig mogelijk) opnemen uit de overige 250.000 gld. van de 400.000 pond met rente van de WIC waarom is verzocht. Op het tweede punt verklaren HHM dat de landen aan de oostzijde van de Vecht en alle andere volgens eerdere resoluties bevloeid moeten worden en blijven om de vijandelijke invasie te keren. De RvS moet een of meer personen speciaal benoemen en gelasten om hierop toe te zien en om ervoor te zorgen dat de sluizen en verlaten geopend blijven of zonodig gesloten worden. Op het derde punt besluiten HHM dat de RvS Gelderland en Holland per brief en de gedeputeerden van Utrecht mondeling moet manen tot betaling van de resterende sommen ter onderhoud van de genoemde twaalfduizend man die extraordinaris zijn beloofd.

22 De gedeputeerden van Utrecht tonen ter vergadering het geaccordeerde extract van een resolutie van de Staten van Utrecht over de fortificatie, genomen op 27 aug. en getekend door Anthonis van Hilten.2
Gerapporteerd wordt over wat de gecommitteerden van Utrecht ter vergadering van HHM vanmorgen te horen hebben gekregen naar aanleiding van het antwoord van de gecommitteerden van Holland op de verklaring en de protestatie van 25 aug. betreffende het maken van fortificatiewerken om de stad Utrecht. Deze zijn gisterenmorgen door de provincie Utrecht aan HHM getoond. Hiermee beoogden de gecommitteerden van Utrecht opnieuw - op last en conform de resolutie van hun principalen - de Staten-Generaal in nadrukkelijke bewoordingen bekend te maken dat de Staten van Utrecht bereid zijn de onkosten van de fortificaties te betalen in mindering op de consenten volgens de Unie en dit in het resolutieregister van HHM te laten optekenen. De Staten van Utrecht stemmen hiermee in en gelasten en machtigen de gecommitteerden van Utrecht dit morgen uit te voeren. Van hun belevenissen moeten ze hier in de vergadering verslag uitbrengen.
3 Een beslissing wordt opgeschort. Gerestein heeft na de indiening van de bovenstaande resolutie verklaard dat de Staten van Utrecht moeten doen hetgene zij in de vergadering en in deze resolutie hebben verklaard.

1 HHM en de RvS vergaderen te Utrecht .
2 Geïnsereerd door een klerk in S.G. 54.
3 Het vervolg van de tekst is door de griffier ingeschreven.