10/01/1630

 
English | Nederlands

10 - 01 - 1630

Presentielijst:

Resoluties:

1 Noortwyck heeft de gedeputeerden van de provincies verzocht zich uit te spreken over de beloning aan Dyden, vanwege zijn dappere aandeel in de verovering van de stad Wezel. De gedeputeerden stemmen in met het verzoek.

2 Tanneken van Doorn verzoekt om tegen betaling van de gebruikelijke rechten oud, afgedankt haringwant te mogen uitvoeren naar Brabant.
HHM zullen alvorens hierover te besluiten het advies van de aanwezige gedeputeerden van de Admiraliteiten inwinnen.

3 Maria Claes, weduwe van Philippe Gercij, verzoekt in het bezit te mogen blijven van 88 gemeten land in Cadzand, alsmede van een rente ten laste van de kwartieren aldaar.
De suppliante zal zich moeten wenden tot de Raad van Vlaanderen , residerend te Middelburg.

4 Noortwyck heeft gerapporteerd dat baron van Dona HHM verzoekt om de doopplechtigheid van zijn pasgeboren zoon bij te wonen.
HHM accepteren de uitnodiging. Morgen wordt bepaald wie uit de vergadering worden afgevaardigd. Ook zal worden vastgesteld wat men zal schenken voor het in gereedheid brengen van de kamer en als pillegift.

5 Ontvangen zijn twee brieven van Joachimi d.d. 27 dec. 1629 en 2 jan., met verschillende bijlagen. Deze zullen worden geresumeerd.

6 Ontvangen is een brief van de bewindhebbers van de VOC ter kamer Amsterdam d.d. Amsterdam 8 jan., met het antwoord op de brief van HHM d.d. 17 dec. 1629. De brief betreft het verzoek van Volckert Ayta en Daniel Godyn, die aanspraak maken op een beloning voor het opmaken van de 21ste jaarrekening van de genoemde kamer.
HHM besluiten deze brief te laten liggen.

7 HHM lezen de remonstrantie van de kerkenraad van 's- Hertogenbosch.
HHM zullen de reeds in 's- Gravenhage aanwezige gedeputeerden van de Zuid-Hollandse synode horen en een nadere verklaring vragen over de gisteren door hen ingediende remonstrantie betreffende de kerk in 's-Hertogenbosch.

8 Noortwyck heeft in de vergadering meegedeeld dat ambassadeur Vane besprekingen wenst te voeren met gedeputeerden van HHM over de onderhandelingen met Spanje.
HHM verzoeken de voorgaande gedeputeerden deze besprekingen bij te wonen.

9 HHM lezen het advies van de RvS d.d. 9 jan. over het op 8 jan. door Jacob Hasevoet bij HHM ingediende verzoek om beloond te worden voor zijn aandeel in de verovering van Wezel.
Conform het advies zullen HHM Z.Exc. aanbevelen de suppliant bij de eerste gelegenheid een kwartiermeesterschap bij de ruiterij of dergelijke te verlenen. Ondertussen ontvangt hij een eenmalige schenking van 100 daalder, tot de betaling waarvan opdracht zal worden gegeven.

10 HHM lezen het advies van de RvS d.d. 7 jan. na voorafgaand overleg met Z.Exc. Het advies betreft het op 3 jan. door kapitein Johan Hessels namens graaf Willem van Nassau bij HHM ingediende verzoek. Ten eerste wordt verzocht om de toekenning van één in plaats van een halve maand soldij ter betaling van het ingekwartierde volk in de landen van Mark en Berg; ten tweede om gemachtigd te worden een nieuw regiment te lichten ter vervanging van het ingekwartierde regiment van Holk; ten derde om geschut en een mortier om in geval van nood te gebruiken; ten vierde om de ruiterij uit enkele nabijgelegen garnizoenen van HHM te mogen lichten om zo nodig in te zetten, wat aan de gouverneurs van die garnizoenen moet worden geschreven.
HHM besluiten op het eerste punt de ontvanger-generaal morgen in de vergadering te ontbieden om van hem te vernemen hoever hij is gekomen met het lenen van de halve maand soldij. Tegen de drie andere punten wordt, conform het advies, bezwaar gemaakt.

11 Agent Verhaer, teruggekeerd uit Tunis, verschijnt ter vergadering. Hij rapporteert beknopt over de reden van zijn komst zonder voorafgaande toestemming. Een langer verblijf was niet in het landsbelang geweest, gezien de vreemde luimen van Isoff Dan. Verder laat hij weten dat de vrijlating van gevangen ingezetenen van de Republiek slechts met geld kan worden geëffectueerd of door het sturen van zes in plaats van drie schepen onder leiding van commissaris Jan Wendelsz..
Verhaer moet zijn rapport schriftelijk indienen en om tijd te winnen, mondeling herhalen ten overstaan van de gedeputeerden van de Admiraliteiten. Zij zullen HHM daarna zo spoedig mogelijk moeten adviseren of Jan Wendelsz. door middel van een nadere instructie gelast moet worden Turken die hij op zijn uitreis tegenkomt, gevangen te nemen met het oog op de uitwisseling van gevangenen.