11 - 01 - 1630

Presentielijst:

Resoluties:

1 Balthazar Walravens, voormalig pastoor van de kerk van Sint Jacob in 's- Hertogenbosch, verzoekt om restitutie van het geld dat hij heeft geïnvesteerd in de verbetering van zijn huis. Verder vraagt hij toestemming om in stilte, zonder uitoefening van het predikambt, in 's-Hertogenbosch te mogen blijven wonen.
Alvorens hierover te besluiten zullen de gedeputeerden die naar 's-Hertogenbosch gaan zich laten informeren over de staat van het huis en de persoon Walravens. Ze zullen daarvan verslag uitbrengen.

2 Ter vergadering wordt de declaratie getoond van het bedrag dat door agent Henrick Verburch is voorgeschoten voor de reis in de periode 14 aug. tot 27 sept. 1629. HHM reisden toen van 's- Gravenhage naar Utrecht, van Utrecht naar het leger en vandaaruit terug naar 's-Gravenhage.
De declaratie gaat voor onderzoek en rapport naar thesaurier-generaal Van Goch.

3 Ontvangen is een missive d.d. Helseneur [Helsingør] 29 nov. 1629, van Carel van Cracouw, commissaris van HHM aldaar. Bijgevoegd zijn de artikelen van het akkoord van het zesjarige bestand tussen de koningen van Zweden en Polen.
Er wordt geen resolutie genomen.

4 Ter vergadering wordt de onkostendeclaratie van hofmeester Johan de Mortagne overlegd, betreffende het onthaal van ambassadeur Vane in de periode 14 tot en met 17 nov. 1629.
De declaratie gaat voor onderzoek, rapportage en advies naar thesaurier-generaal Van Goch.

5 Schipper Adriaen van Soest verzoekt om vijfhonderd tonnen tufsteen te mogen uitvoeren naar vijandelijk gebied.
Alvorens hierover te besluiten wordt het advies van de aanwezige gedeputeerden van de Admiraliteiten ingewilligd.

6 Catharina de Hinojosa, weduwe van Johan van Lauterbach, verzoekt om een jaarlijks traktement of pensioen vanwege de verdiensten van wijlen haar man.
HHM zeggen haar het eenmalige bedrag van 1.000 Kar.gld. toe. Hiervan zal ordonnantie worden gedepêcheerd.

7 Op het rekest van mr. Lazarus van Zons, tweede pensionaris van 's-Hertogenbosch, besluiten HHM dat hij de eerste voorkeur geniet bij een benoeming tot rentmeester van het clarissenklooster te 's- Hertogenbosch, indien de huidige rentmeester van dat klooster uit zijn ambt wordt ontslagen.

8 De gedeputeerden van de provincie Holland verzoeken om de instructie over de Meierij van 's-Hertogenbosch waarover de gedeputeerden van HHM met de gecommitteerde van de aartshertogin van Brabant in beraad zullen treden, uit te breiden met de volgende clausule: dat de gedeputeerden zich nauwgezet zullen houden aan de instructie en zich niet bezig zullen houden met zaken die daarin niet vermeld zijn. Hun wordt dringend verzocht niet te spreken over het bestand, noch schade te berokkenen aan het politieke en kerkelijke bestel van het land. Indien voorstellen tot schikking worden gedaan, dient daarvan verslag te worden uitgebracht alvorens actie te ondernemen. Verder mogen de besprekingen niet in besloten steden van de geünieerde provincies worden gehouden.
HHM zullen de instructie ongewijzigd handhaven. Aan het oordeel van Bruininxs wordt overgelaten in welke mate hij aandacht zal schenken aan de door de gedeputeerden van Holland naar voren gebrachte punten.

9 De gedeputeerden van de synode van Zuid-Holland verschijnen ter vergadering. Enkelen van hen hebben nadere toelichting gegeven op hun intentie met de eergisteren ingediende remonstrantie over de kerken van 's- Hertogenbosch. Gisteren hadden de gedeputeerden van deze kerken HHM hun wensen al kenbaar gemaakt. Die zijn overhandigd aan de Zuid-Hollandse gedeputeerden, die daarmee zijn vertrokken.

10 Van der Dusse en Eysinga zullen namens HHM de doopplechtigheid van de zoon van de heer van Dona bijwonen, die zal plaatsvinden op zondagnamiddag in Delft.

11 HHM lezen het antwoord van de RvS d.d. 5 jan. op de resolutie van HHM d.d. 27 dec. 1629 over een afdoend beraad inzake de introductie, betaling,afrekening en uitvoering van de consenten.
Het antwoord zal in handen worden gesteld van Rantwyck, Cornelis van Beveren, Vosbergen, Tienhoven, Veltdriel, Haersolte en Winsemius, om het te onderzoeken, hun overwegingen daarop naar voren te brengen en er vervolgens over te rapporteren.

12 De griffier van HHM heeft op last van Z.Exc. laten zien dat de Gedeputeerde Staten van Utrecht de eerste maand gage hebben gekort op de Franse kapiteins Dumontié en Marimbordez. Hij verzoekt dit recht te zetten, aangezien de compagnieën van deze kapiteins op de staat van oorlog ten laste komen van de provincie Utrecht . De provincie mag dit niet eigenmachtig verminderen en de militie daarmee in het bijzonder belasten.
HHM zullen bij de Staten van Utrecht schriftelijk aandringen op betaling van de achterstallige maand aan de kapiteins.