14/02/1630

 
English | Nederlands

14 - 02 - 1630

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Jan Willemsz. te Amsterdam verzoekt om zestig of zeventig last rogge naar Hamburg te mogen uitvoeren.
De suppliant moet een schriftelijke verklaring van de burgemeesters en raden van Amsterdam over de staat van de rogge overleggen.

2 Het verzoek van Pieter Pels, Pieter Rans en Adriaen Breman, dat gisteren is opgeschort, wordt geresumeerd.
HHM staan de supplianten toe tweehonderddertig last Finse rogge naar Italië uit te voeren.

3 Ludolff Coenders verzoekt om een vergoeding van de wapens die zijn vaders compagnie heeft verloren tijdens de vijandelijke aanval op de Veluwe.
HHM zullen het advies van de RvS inwinnen.

4 HHM lezen het door orateur Haga gestuurde advies betreffende de constitutie van de nagelaten landen van Betlem Gabor. Er wordt geen besluit genomen.

5 HHM lezen het advies van de RvS d.d. 12 feb. over het verzoek van de graaf van Buccleugh d.d. 6 februari. Hij verzoekt om een beloning voor zijn vaders en zijn eigen goede diensten, conform de eerdere resolutie van HHM hierover.
HHM slaan het verzoek van de graaf de resolutie erop na, genomen ten tijde van zijn kolonelschap van een regiment.

6 HHM lezen het verzoek van de pachters van het kwart van de konvooien en licenten van dit land over het jaar dat eindigde op 31 aug. 1628. Aangezien de ontvangers-generaal van de Admiraliteiten voor het merendeel in gebreke blijven wat betreft het opsturen aan HHM van hun staten van ontvangsten van het genoemde jaar, verzoeken HHM de gedeputeerden de staten van ontvangst met de controleurs te willen vereffenen.
HHM zullen de ontvangers die in gebreke zijn gebleven schrijven hun ontvangststaten alsnog in allerijl op te sturen. Daarna kan verrekening met de supplianten plaatsvinden.

7 Govert Govertsz. Boormaecker verzoekt HHM de justitiële weg te mogen bewandelen ter bevordering van zijn zaak tegen Gerrit Evertsz. Roos, waarvan HHM de executie hebben opgeschort.
HHM verzoeken en benoemen Rantwijck, Bruninxs en Eysinga om deze zaak met al haar aspecten en het recht van het land in aanmerking nemend, grondig te onderzoeken en daarover te rapporteren.

8 Adriaen Claesz., schipper van Wijk [bij Duurstede], verzoekt het chercherambt te Wezel te mogen behouden waarin hij door gedeputeerden van HHM is aangesteld. Dat is hem door de Admiraliteit te Amsterdam is ontnomen. Zo niet, dan vraagt hij HHM hem de middelen te verschaffen waarmee hij in zijn levensonderhoud kan voorzien, ter beloning van zijn tewerkstelling ten tijde van de strijd op de brug voor Rijnberk [Rheinberg]. Alvorens te besluiten zal eerst het advies van de RvS worden ingewonnen.

9 Schaffer rapporteert conform het appointement van HHM gisteren aan Z.Exc. het verzoek van vice-admiraal Quast te hebben meegedeeld. Z.Exc. heeft verklaard dat Quast wederom het bevel op de kust van Vlaanderen zal voeren. Aan Quast zullen brieven van HHM aan de Admiraliteiten worden meegegeven. Zij dienen hun schepen en jachten die zijn bestemd tot bezetting van de kust en het kruisen op de Noordzee op 1 april gereed te hebben om zee te kunnen kiezen. Ze moeten zijn voorzien van goede kapiteins waarop Quast in noodsituaties kan vertrouwen.

10 De Wilde en Lantslodt van de Admiraliteit te Amsterdam zijn ter vergadering verschenen. Zij hebben HHM meegedeeld dat hun College gewoonlijk 100 gld. krijgt als transportgeld en 400 pond jaarlijks bovenop hun ordinaris traktement in verband met de hoge huishuur en de hoge kosten voor levensonderhoud. De Generaliteitsrekenkamer maakt bezwaar tegen de genoemde posten in de rekening van ontvanger Hoeffyser. De Wilde en Lantslodt verzoeken HHM de Rekenkamer op te dragen de genoemde posten te accepteren. Dit zal nader worden onderzocht.

11 Otto Wilhelm van Pudewels, kapitein van de lijfwacht van Z.Exc., verzoekt beloond te worden met eenzelfde traktement als zijn voorgangers in die functie. Het advies van de RvS zal worden ingewonnen.

12 Aernout van Geffen is eerder in verband met zijn vaders goede diensten de som van 30 pond per maand gedurende twee jaren toegezegd. Deze concessie is eerder verlengd met twee jaren, waarna deze enige tijd is onderbroken. Aernout van Geffen verzoekt om continuering van deze concessie. Hierover zal het advies van de RvS worden ingewonnen.

13 Lambrecht Heijmans verzoekt om één van de vier schoutambten, te weten het kwartier van Oisterwijk, Kempen, het Peelland of Maasland, indien een ervan vacant komt. Zo niet, dan zou hij graag een akte van continuatie krijgen van de 30 gld. per maand die zijn vader eerder heeft genoten.
HHM besluiten het rekest te laten liggen.

14 Francois Amestoij laat als gemachtigde van Nicolaes van der Borcht weten dat de Admiraliteit in het Noorderkwartier voor de derde keer door middel van aanplakbiljetten betrokkenen heeft gedaagd op 28 feb. te verschijnen ter vrijwaring van het schip Sint Joris waarop Jacob Outerman schipper was, alsmede van het geld dat is voortgekomen uit de verkoop van de houtlading. Amestoij verzoekt HHM de voorgenomen procedure op te schorten totdat op de casuspositie is besloten.
HHM zullen dit aan de Admiraliteit schrijven en zelf zo spoedig mogelijk op de casuspositie besluiten.

15 Het verzoek van mr. Gualterius van Castrichom, fiscaal, en Ferdinand Aleman, secretaris, door HHM aangesteld over de oorlogsschepen bestemd voor de kust van Vlaanderen, betreft de repartitie die de Admiraliteit te Rotterdam naar rato van het traktement van de officieren en matrozen heeft gemaakt van tien maanden buitgeld, afkomstig van een schip dat op de vijand is veroverd. De supplianten is elk 30 pond toegewezen, in plaats van de een 75 en de ander 55 pond, waarop zij aanspraak maken. Zij verzoeken om herziening van de repartitie.
HHM zullen alvorens te beslissen, informatie en advies bij de Admiraliteit inwinnen.

16 HHM lezen het verzoek van de oom en de bloedvoogd van de weeskinderen van kapitein Hendrick Piccardt om betaling van de 600 pond, waartoe op 4 jan. opdracht is gegeven. De ontvanger-generaal heeft daaraan nog geen gehoor gegeven. De ontvanger zal nogmaals worden opgedragen de supplianten te voldoen, ongeacht de door hem aangevoerde verontschuldigingen.

17 Jan van der Linden, burger te Wezel, verzoekt ten eerste om restitutie van 15 gld. en 16 st. die hij op het kantoor te Arnhem aan inkomend konvooi heeft moeten betalen over de wijnen die de stad Wezel aan Z.Exc. en graaf Ernst Casimir van Nassau heeft geschonken. Ten tweede verzoekt hij conform de resolutie van HHM van 26 nov. 1629 om een vrij paspoort voor de goederen en koopmanschappen die hij in deze landen heeft gekocht om naar Wezel te vervoeren, om aldaar te worden verbruikt.
HHM besluiten op het eerste punt de konvooimeester te Arnhem te ordonneren het genoemde geld aan de suppliant te restitueren. Een beslissing op het tweede punt wordt opgeschort totdat, op herhaald aanschrijven van HHM, de Admiraliteit te Rotterdam en de Admiraliteit te Amsterdam zullen hebben bepaald hoe de uitvoer van consumptiegoederen naar Wezel zal geschieden.

18 HHM zullen de magistraat te Heusden alsmede die te Utrecht schrijven, om te bewerkstelligen dat de kerkenraad in deze steden de predikanten Voetius en Bushoff toestaat alsnog voor een korte tijd Gods woord te helpen verbreiden in de kerk te 's- Hertogenbosch.

19 Laurens de Maerschalck, voormalig mede-rechter in de kwestie Amboina, verzoekt om financiële bijstand en om verlening van expeditie van justitie. Een beslissing wordt opgeschort.

20 Jannitge Liddels, weduwe van sergeant Boswel, verzoekt om bijstand.
HHM zullen laten nazien wat zij onlangs heeft ontvangen.

21 Catharina Pijls, weduwe van Wouter van Beeck, verzoekt betaling van 2.204 pond 18 sch.1 als restant van een groter bedrag dat de suppliante tegoed heeft van het land vanwege Volmar van Nieuhoff, luitenant-kolonel van overste Meruwe, waarvan Van Beeck solliciteur was.
HHM zullen moeite doen de in gebreke blijvende provincies hun achterstallen in het consent te laten voldoen. Daaruit kan de suppliante worden betaald.

22 HHM lezen de memorie die op 29 jan. door de aanwezige gedeputeerden van de Admiraliteiten is ingediend. Daarin wordt HHM in overweging gegeven de premies voor veroverde vijandelijke schepen alsmede voor lorrendraaiers die op zee worden aangehaald en waarin door middel van een plakkaat is toegestemd, door middel van een resolutie te matigen. Zij stellen voor de veroveraars van vijandelijke oorlogsschepen voortaan twee derde, en het land betreffende de spillage van kruit en het gevaar van het schip een derde te laten genieten. Van enkele lorrendraaiers zal het land twee derde, en de veroveraars een derde worden toegekend. De Colleges moeten worden aangeschreven de verdeling van de rechtmatige buit te regelen.
Een besluit wordt opgeschort.

23 Jensma en thesaurier Van Goch hebben HHM in de vergadering de inhoud meegedeeld van een brief van Barent Olfertsz. aan de RvS d.d. 's-Hertogenbosch 10 februari. Ackersloot en Gans, gedeputeerden van de provincie Holland, hebben de sleutels gevorderd van het klooster van de abt van Berne, om daarvan, alsmede van hetgene de abdij verder toebehoort in naam van de provincie bezit te nemen. De abt heeft echter geweigerd de sleutels af te geven zonder voorafgaande opdracht van de RvS en hij verzoekt Jensma en Van Goch daarover het oordeel van HHM in te winnen.
Door de gedeputeerden van Holland wordt aangevoerd tot de inbezitneming bevoegd te zijn en daarvoor gegronde redenen te hebben.
HHM besluiten dat de gedeputeerden van Holland hun op schrift gestelde redenen voor onderzoek en advies bij de RvS moeten inleveren. Na inzage door HHM zal hierop worden beschikt. Ondertussen dient de situatie te blijven zoals Ackersloot en Gans die bij aankomst te 's- Hertogenbosch hebben aangetroffen.

24 De gedeputeerden van Holland verklaren hun quote in de 3.400.000 pond aan legerlasten en andere openstaande posten uit 1629 waarom de RvS heeft gevraagd, te hebben betaald.
HHM zullen nadat later alle werkzaamheden zijn neergelegd de RvS verzoeken hierover met de Gecommitteerde Raden van het Zuiderkwartier te overleggen en te onderzoeken of dit waar is, om verwarring hierover in landsbelang te voorkomen.

1 Op 8 aug. en 11 okt. 1629 is sprake van 3.204 pond 18 sch.