21
Rantwyck rapporteert dat Z.Exc.
vandaag
enkele personen uit
de regering heeft ontboden. Hij beveelt aan de
12.000 pond die zijn verstrekt door
Maerten van
Juchen voor het onderhouden van de troepen van
graaf
Willem, te restitueren. Gebeurt dat niet, dan zullen de
troepen onvermijdelijk moeten worden ontslagen. Verder was
thesaurier-generaal
Van Goch
ontboden, die werd aangezegd zich er bij de
RvS
voor in te spannen de 12.000 pond uit het een of
andere kantoor van de Generaliteit op te nemen. Daarna was een
expresbode afgevaardigd om te vernemen of de som door de
ontvanger van de gemene middelen te
's-Hertogenbosch
bijeengebracht zou kunnen worden. Rantwijck
voegt
eraan toe dat Z.Exc. sterk had aangedrongen op de verschaffing
van
de maand soldij waarin was toegestemd om de troepen te onderhouden,
met
het verzoek om - indien de gedeputeerden van
Holland nog langer zouden bemoeilijken het
krediet van
hun
provincie in het bijzonder daarvoor te interponeren - de provincies
de middelen na moesten gaan waaruit de genoemde maand
soldij dan op korte termijn kon worden verschaft.
Hierop zijn voorstellen gedaan en hebben de gedeputeerden van de verschillende provincies de bereidheid getoond om, met instemming van hun principalen, binnen veertien dagen hun quote in de maand soldij te verschaffen. De
ontvanger-generaal zal gelast worden het geld in allerijl te lenen. De
gedeputeerden van Holland hebben aangenomen hun
principalen
, momenteel in
vergadering
bijeen,
hierover positief te rapporteren en hun mening te polsen.