23 - 03 - 1630

Presentielijst:

Resoluties:

1 Ontvangen is een brief met berichten van Langerack d.d. Parijs 15 maart.
Er wordt geen besluit genomen.

2 HHM lezen een kopie van een brief van de graaf van Tilly aan graaf Willem van Nassau d.d. Stade 6 maart. Tevens is een kopie van het antwoord op deze brief van graaf Willem van Nassau d.d. Düsseldorf 13 maart ontvangen.

3 Coenraedt van Nurenburch, burger te Dordrecht, wordt op diens verzoek een octrooi van een door hem uitgevonden watermolen verleend voor de tijd van tien jaren, op de gebruikelijke voorwaarden en boetebepalingen.

4 HHM lezen het antwoord van de RvS d.d. 23 maart op de resolutie van HHM van 15 maart, betreffende het traktement van de heer van Brederode als gouverneur van 's-Hertogenbosch. Het traktement van de gouverneur van Breda was 400 gld. per maand en het traktement van de gouverneur van Bergen op Zoom 300 gld. per maand. Het gouvernement van 's- Hertogenbosch is niet alleen moeilijker, het brengt ook meer kosten met zich mee dan de beide andere gouvernementen.
Nadat bijzondere acht is geslagen op de kwaliteit van Brederode besluiten HHM conform het oordeel van de RvS dat hij als gouverneur 400 gld. per maand zal ontvangen, net als de gouverneur van Breda. Er moet nog worden overlegd waaruit dit zal worden betaald. De gedeputeerden van Zeeland verklaren zich akkoord met deze resolutie, op voorwaarde dat het traktement wordt betaald uit de vacante posten op de staat van oorlog.

5 Met een aanbeveling van ambassadeur De Beaugij verzoekt Jan Gaillard, ontvanger van de hertog van Longueville, een voorschrijven aan de schout en schepenen van de stad Rotterdam. Gaillard wil via het kort recht een uitspraak in zijn zaak.

6 Maria van Loon, weduwe van Johan Hacket, wordt sûreté de corps voor een jaar verleend, mits zij attache verzoekt in de provincie waar zij tegenwoordig woont of waar zij zich hierna wil vestigen.

7 Over de verschaffing van een maand soldij ten behoeve van het onderhoud van de troepen van graaf Willem spreken de gedeputeerden van Zeeland zich maandag uit.

8 Fiscaal Storm is door HHM per brief in de vergadering ontboden. Hij heeft eerst mondeling en daarna schriftelijk rekenschap gegeven van de rechtsgang die door hem is gevolgd ten aanzien van enkele commiezen van recherche. Deze hadden gemalverseerd en waren om die reden afgezet. Ze zijn echter door de Admiraliteit te Amsterdam opnieuw aangesteld. Ten tweede herhaalt de fiscaal het een jaar eerder bij HHM ingediende verzoek om een verhoging van zijn traktement.
De stukken die door de fiscaal zijn ingediend zullen in handen worden gesteld van Manmaecker. Hij zal deze onderzoeken en daarover rapporteren.

9 HHM verklaren zich akkoord met de akte van neutraliteit die door de Infanta van Spanje voor de stad Düsseldorf is verleend. Als voorwaarde stellen zij dat de hertog van Neuburg, zijn kanselier en raden alsmede de magistraat van Düsseldorf door middel van een schriftelijke akte beloven dat ze de soldaten van weerszijden niet in de stad zullen laten, noch zullen overzetten of ze daarbij de helpende hand zullen bieden.

10 HHM verzoeken de RvS al het mogelijke te doen de compagnieën ruiters van Sir Tomas Lucas en markies de Rouillac twee maanden soldij te betalen.

11 HHM lezen het advies van de Admiraliteit in het Noorderkwartier d.d. Enkhuizen 14 maart over het op 27 feb. bij HHM ingediende verzoek van Cornelis Allarts om een traktement als bottelier. Hij is aan zijn been verlamd geraakt op het schip van kapitein Cornelis Schelinchout, dat slag leverde met een Duinkerker.
HHM besluiten op basis van het advies de suppliant een halve gage als bottelier te laten genieten zolang hij niet in feitelijke dienst is. Zij verzoeken de Admiraliteit in het Noorderkwartier deze halve gage uit te betalen.

12 In aanwezigheid van Z.Exc. wordt nogmaals de instructie geresumeerd voor Vosbergen, die in ambassade naar de keurvorst van Keulen zal gaan.
HHM besluiten in artikel 25 van de instructie enkele veranderingen aan te brengen. De verdere inhoud blijft zoals deze gisteren is vastgesteld.

13 Rantwijck en andere gedeputeerden van HHM hebben in aanwezigheid van Z.Exc. gerapporteerd over hun bespreking met ambassadeur De Beaugij betreffende de vernieuwing van de alliantie tussen de koning van Frankrijk en deze staat, alsmede de geheime artikelen die daarbij zijn gevoegd.
HHM besluiten vast te houden aan het laatste door HHM opgestelde concept van de alliantie alsmede aan de geheime artikelen, op voorwaarde dat uit het vijfde artikel van het concept de woorden "pour nettoyer les mers" weggelaten worden. De genoemde gedeputeerden van HHM wordt verzocht andermaal de moeite te nemen het concept met de geheime artikelen aan ambassadeur De Beaugij te overhandigen. Ze moeten verklaren dat dit het uiteindelijke besluit is van HHM en de ambassadeur daarbij ernstig verzoeken het traktaat waartoe hij door zijn koning gelast is, te sluiten. Zo niet, dan zal hij schriftelijk om een nadere last moeten verzoeken.

14 HHM resumeren in aanwezigheid van Z.Exc. hun verklaring op de repliek die op 26 feb. door ambassadeur Vane bij HHM is ingediend. Deze verklaring zal in algemene termen worden gesteld. Verder zal worden gerefereerd aan het antwoord van HHM van 5 februari.