12/04/1630, 1

 
English | Nederlands

1 In aanwezigheid van Z.Exc. en de RvS wordt de resolutie van HHM van 9 april geresumeerd. Deze betreft enkele voorstellen ter verkrijging van de middelen waaruit de achterstallige soldij van de dertien door Gelderland en Overijssel afgewezen compagnieën infanterie kunnen worden betaald, alsmede twee vanen ruiters van markies de Rouillac en Sir Tomas Lucas.
Gelet op de bezwaren die door de RvS en de ontvanger-generaal zijn aangevoerd betreffende het lenen met rente, wordt niettemin besloten de RvS bij deze te verzoeken en te machtigen om ten laste van het land 55.000 gld. te lenen ter betaling van twee maanden gage voor de genoemde compagnieën en de vanen ruiters. Daarvan zal de ene helft door de ontvanger-generaal en de andere helft door de particuliere ontvangers worden geleend. De 55.000 gld. zullen worden teruggevorderd van die provincies, die uit onderzoek naar voren zullen komen.