4
De secretaris van Z.Exc.,
Constantyn Huigens, verzoekt ter vergadering namens de
prinses van
Oranje opnieuw gratie voor de veroordeelden uit
Bahia de Todos os Santos "dewijl sij soo lange
hebben gestorven dat
sij
nu door gratie mogen leven". Aangezien dit haar eerste bede
betreft,
hoopt de prinses dat HHM die willen toestaan.
HHM antwoorden zich te zullen beraden.
Z.Exc. en de
RvS
compareren ter
bespreking
van het pardon. De RvS excuseert de advisering aangezien hij zijn
taak
heeft uitgeoefend en laat de zaak geheel ter dispositie van HHM.
Gezien deze houding van de Raad, de tussenkomst van de prinses, het al hebben ondergaan van de aankondiging van het doodvonnis en het advies van Z.Exc. laten HHM dan genade voor recht gaan. De door de Raad opgestelde vonnissen zullen wel worden uitgesproken, hetzij naar zijn believen in de Raadskamer of op de Gevangenpoort, waarna griffier
Goch zal bekendmaken dat HHM op voorspraak van de prinses van
Oranje de ter dood veroordeelden het leven schenken, met dien
verstande
dat zij in de gevangenis hun nieuwe straf zullen afwachten. Over de
nieuwe straf zal nader worden beraadslaagd.