21/03/1626, 16

 
English | Nederlands

21/03/1626, 16

16 De gezant van de landgraaf van Hessen Wolffen is, na te zijn onthaald door twee gedeputeerden, ter audiëntie gebracht. Na gedane complimenten dient hij zijn memorie in. 1 Hierin richt landgraaf Maurits zich via zijn gezant tot de Staten der Verenigde Nederlanden om naar voren te brengen dat het Philips, de zoon van de landgraaf, door de onbegaanbare wegen en versperde passen nog niet is gelukt zich met het oog op de cassatie naar zijn compagnie te begeven. Maurits verzoekt HHM zijn zoon te verontschuldigen. Daarnaast heeft hij vernomen dat de afgezanten van de koning van Denemarken en die van Engeland tegen 20 maart voor ratificatie van de bepalingen van het [in december 1625] gesloten traktaat hiernaartoe komen. Hij zou tot de alliantie willen toetreden ten behoeve van de gemeenschappelijk evangelische zaak en de Duitse vrijheid. De landgraaf wil zijn zoon, voorzien van instructie en volmacht, sturen om bij HHM een resolutie over te verlenen bijstand te bepleiten.
HHM beantwoorden de complimenten en verklaren dat de memorie van de gezant naar behoren zal worden behandeld.

1 De in het Duits gestelde memorie is geïnsereerd in S.G. 3185.