2
Ter vergadering worden in aanwezigheid van
Z.Exc. en de
RvS
rapport en advies van de
gedeputeerden inzake
Friesland besproken.
Conform het advies wordt besloten de provincie
Friesland
te schrijven, met een afschrift voor haar leden, dat zij ernstig wordt gemaand de op 28 okt. 1625 beraamde middelen tegen mei in de steden en op het platteland te doen verpachten. Hun onderlinge geschillen hieromtrent dienen zij in vriendschap te schikken of aan een uitspraak van HHM te onderwerpen die dat onpartijdig, met kennis van zaken en volgens de Friese constitutie zullen doen. De mening van de provincie of van ieder lid afzonderlijk zou daartoe voor 1/11 april schriftelijk toegezonden moeten worden aan HHM. Zo niet, dan zal men genoodzaakt zijn [de middelen] door executie te vergaren, aangezien anders de welstand en eenheid van de provincie en haar bijdrage aan de Generaliteitslasten in gevaar komen.
Ernst Casimir zal van dit alles kopie gestuurd
worden teneinde de zaak te
ondersteunen. Z.Exc. en de RvS is verzocht door middel van brieven
aan
de provincie de zaak aan te bevelen.