29/04/1626, 5

 
English | Nederlands

29/04/1626, 5

5 Bernard van Aldenbruch, ambtman te Grevenbroich en Gladbach, verzoekt voor zichzelf en Van Hompesch, heer van Bohem en Tetz, paspoort om door vijandelijke plaatsen naar dit land te reizen ter afhandeling van zaken voor het onmondige kind van Gebhart van Eijl, voormalig stadhouder van de Brandenburgse keurvorst.
De RvS wordt om advies gevraagd.