10
De RvS adviseert d.d. 7 mei de executie van
Gulik
[Jülich],
Berg etcetera vanwege de gunstige
gelegenheid
nu ter hand te nemen. Maar omdat
Spierinck
hiernaartoe is gekomen om de executie tegen te houden en ook al in
deze
zaak audiëntie is verleend, kan er eigenlijk geen vervolg zijn
voordat hij is afgezonden.
HHM besluiten conform dit advies dat
Rantwijck,
Boetzeler en
Schaffer
met Spierinck diens propositie bespreken en hem
duidelijk maken dat alles wat daarin wordt aangevoerd HHM niet
aangaat,
aangezien zij de
keurvorst van
Brandenburg bij
traktaat toegezegd hebben bij deze executie te assisteren. Woorden
voldoen niet meer, het geld moet spreken.