13
De vrouwe van
Selhem, wonend in De Duffel, mag uitsluitend tot onderhoud van haar
grote familie uit
Nijmegen,
Emmerik
[Emmerich]
en de
Schenkenschans
['s-Gravenwaard] de
helft van de in haar
rekest
gespecificeerde levensbenodigdheden halen: tweeënhalf malder
zout,
twee okshoofden Franse wijn, een halve aam Spaanse wijn, drie
kinnetjes
zeep, een vat honing, een halve ton olie, tweehonderdvijftig pond
stokvis, tweehonderd pond kaas, vier à vijf broden suiker en een
halve
samoreus met turf.