11
De luitenant van
kapitein Risenborch heeft ter vergadering verklaard nimmer een schrijven te
hebben ontvangen van iemand van de
Rotterdamse
Admiraliteit
om bepaalde schepen niet te visiteren.
Wel
toont hij enkele akten van de Admiraliteitsraden waarin hem wordt
opgedragen bepaalde goederen te laten uitgaan.
Besloten wordt
Broechoven te schrijven de naam te verstrekken van de persoon die hem
van deze praktijk op de hoogte heeft gesteld opdat die nadere
inlichtingen kan verschaffen.