2
De vrienden van de gevangengenomen functionarissen van de
Rotterdamse Admiraliteit
mogen een of twee keer met hen spreken over de middelen waarmee de vonnissen kunnen worden nagekomen.
Kinschot en
Rosa moeten echter bij
de gesprekken
aanwezig te zijn en de cipier moet de gevangenen goed bewaken.
De bedragen waartoe deze gevangenen zijn veroordeeld zullen ten goede komen aan het kantoor van de Admiraliteit. Het College is gemachtigd het geld te innen - desnoods door middel van executie - en krijgt de beschikking over de inventarissen en borgtochten van de gevangenen. Het betreft, ten eerste, de inventaris van de onroerende goederen van mr. Barthalomeus van
Segwaert, geschat op 3.442 gld. 7 st., met borgtocht van mr. Michiel
Craienstein, schepen van Dordrecht
en Andries
Bouckert, koopman uit
's-Gravenhage; ten
tweede, de
akte van arrest op de brouwerij, onroerende goederen en de tuin
buiten
Delft van
Van der
Mast,
met
een borgtocht voor de meubelen à 3.000 gld.; ten derde, een
inventaris
van de goederen van
David van der
Heul, geschat
op
5.533 gld. 10 st. 7 p., met een borgtocht voor de meubelen; ten
vierde,
drie obligaties van
Nicolaij, samen
1.800 gld.
waard, en nog een van 2.500 gld. die tenietgedaan is; ten vijfde,
de
inventaris van alle onroerende goederen van mr.
Gerrit
Berck, geschat op 5.059 gld. 11 st., met borgtocht en een
akte van arrest op huizen met tuinerven in en buiten
Rotterdam. De heren van
Holland
is
voorts verzocht een onderkomen voor Van der Mast en Berck aan te
wijzen.