22/12/1626, 6

 
English | Nederlands

22/12/1626, 6

61 Ter vergadering verschijnen Z.Exc. en de RvS . In hun aanwezigheid wordt de behandeling voortgezet van het rapport over de inspectie van Rijn en IJssel. Na bespreking van de diverse voorstellen voor uitdieping van beide rivieren bij 's- Gravenwaard en IJsseloord is besloten de RvS te machtigen om, in overleg met en met goedkeuring van Z.Exc., de eerder over deze zaak genomen resoluties te doen uitvoeren. Het grote hoofd, het schephoofd en de kleine krib bij 's-Gravenwaard zullen worden hersteld en het grind uit de monding van de Rijn zal worden weggehaald. Onder IJsseloord, aan de kant van Malburgen, zal een drijvend hoofd worden aangelegd. Ook zal het grind uit de monding van de IJssel worden weggehaald.
De RvS is bovendien gemachtigd om, in overleg met en met goedkeuring van Z.Exc., de zandbanken en hoge zanderige schorren in Rijn en IJssel te doen bekrammen. De grote en kleine kribben die zich bevinden aan de andere zijde van de zandbanken en schorren zullen zij laten verwijderen of inkorten. De lange, uitspringende kribben die aan beide zijden zijn aangelegd, zullen worden ingekort tot zij een doorgang van circa vijftig roeden opleveren.
Op de petitie die de RvS vorig jaar heeft ingediend ten behoeve van zowel deze uitdieping als de aanleg van een fort bij Steenbergen hebben de provincies Gelderland , Holland , Utrecht en Overijssel verklaard consent te dragen en akkoord te gaan met het verzenden van de decharges. De gedeputeerden van Zeeland en Friesland hebben toegezegd hun principalen te zullen aansporen het consent mede te dragen.

1 Deze resolutie is door een klerk ingeschreven in S.G. 51.