1
De
heer van Oosterwijck is ter vergadering ontboden. Na bekendmaking van de
resolutie
van
gisteren heeft hij de legatie aanvaard. Hij zal
zich
binnen drie weken voor de reis klaarmaken. Omdat hij
namens
Holland
en
Zeeland
ordinaris raad in het
Hof van
Holland
is, verzoekt Oosterwijck of hij in die
kwaliteit aangesteld mag
blijven.
HHM verklaren dat deze provincies hiervoor ongetwijfeld toestemming zullen geven, aangezien zij met zijn legatie hebben ingestemd. De instructie zal tegelijk met de credentiebrieven worden opgesteld.