4
Coenraet van der Hert, soldaat onder kapitein
Arckel, en
Hendrick Rolenburch, sergeant van
kapitein
La Roche de Crequij en consorten
hebben van de
commies op het fort
Crèvecoeur circa
zestien last
rogge
gekocht.
Tijdens het bakken bleek de rogge bedorven, waardoor zij het brood
konden weggooien. Zij verzoeken de koop ongedaan te maken, maar
de RvS maakt hiertegen bezwaar.
Het rekest gaat weer naar de RvS. Na informatie te hebben ingewonnen moet de Raad een billijk besluit over de zaak nemen.